17 maart 2006

DE SCHRIJFHEREN (9.1)

Roman

Roger Vanderweyden liet zijn bretels tegen zijn overhemd kletsen. Foute kleurencombinatie zoals steeds. Ultramarijn op turkoois. Oker op karmijn. Pistache op Pruisisch blauw. Geel van Napels op vermiljoen. Psychedelic per vergissing. Sergeant Pepper die het niet meer weten zou. Paul McCartney in zijn vierenzestigste levensjaar, getergd door flarden herinneringen aan de Maharashi.
Vanderweyden dompelde je met zijn outfit in de wufte sfeer van Caraïbische bodega’s vol betaalbrunettes. Ik zag hem al de calypso verknallen in onzekere pasjes onder plasticpalmen met weelderige danseressen in pareo. Meisjes van onduidelijke herkomst, zonnebloemen in het haar en waar al niet. Private dancers die onder maskers van mascara oogden als afgedankte schikgodinnen. Hij had bretels met zonnebloemen, vreemde vlinders, uitheems gevogelte. In de zomer droeg hij er met seizoenvruchten, een filiaal van Joke’s Fruitkorf.

Vandaag ging hij voor Snoopy. Van onder zijn dubbele kin zag ik de held van Peanuts overal tegen de randen van de bretels aan schurken. Telkens onze nieuwe hoofdredacteur achterover leunde, schoten al zijn hondjes tegelijk weg, kozen ze bevangen de kortste weg naar de verre buitengrenzen van zijn lichaam.
Vanderweyden beschikte over een energetisch verantwoorde Zweedse designbureaustoel met drie relaxposities. Hij liet het ding traag vollopen met zijn lijf, koos bij elk gesprek voor de comfortligging. Als nestelde hij zich knus voor een lange vlucht naar Adelaide.

‘Charlie, de mensen werken zich te pletter, komen thuis en willen ont-span-ning. Hun sloefen aan en hun blad om het geëmmer niet te moeten horen van hun zagewijf dat er dringend moet gesproeid worden tegen ‘t onkruid.’

Hij duwde een Monte-Christo in zijn gehemelte, gunde me een kijk op zijn mond vol goud. De Havanna had hij eerst traag uit de koperkleurige koker gepitst, dan achter de linkeroorlel gedraaid, vervolgens onder de brede neusgaten gerold, de oogleden in extasestand. Deze Vanderweyden zou na de verdwijning van Leonard Notelaar Embargo redden van de ondergang, zo was ons gemeld door de directie. Vroeger had hij bij obscure alle-bussenbladen gewerkt in Noord-Nederland.

‘Vulgariseren, populariseren en stars, stars, stars.’

Hij sprak het uit als staars.

‘God, het geld en het gat. Dat is waarover de mensen willen lezen.’

We kregen er een snelcursus omtrent die Drie G’s bovenop.

‘Het rollebollen in suites, bij wie ze kindjes maken. God en het mysterie. Buitenaards leven. Gasten die ze zien vliegen. Vliegende schotels. Nostradamus. Close encounters of the third kind. Paranormale verschijnselen. Uri Geller die soeplepels plooit vanop afstand. Bernadette Soubirous. Mi-ra-ku-leu-ze genezingen. Geheime geschriften in het Vaticaan over ‘t Laatste Oordeel, de vier ridders van de Apocalyps. Het fortuin van Howard Hughes, John Rockefeller, Stavros Niarchos, Aristoteles Onassis.’

Hij wou foto’s van ex voto’s, het hele gedoe rond Scherpenheuvel, het paterke van Hasselt, Leonie van Onkerzele, de Witte Dame van Fausto Coppi. De raadsels der wereld. De onmacht van de wetenschap, de alternatieve boetiek. Hij wou dat we op redactievergaderingen de nieuwste technieken, behandelingen, fitnessprogramma’s uitvoerig zouden bespreken.

‘Homeopathie. Helpt het tegen kanker ?’
‘Osteopathie. Een ferme draai en de pijn is weg.’
‘Krakers, de magiërs van uw lichaam’.
‘Marabouts kijken dwars door je ziel.’
‘Aromatherapie : het nieuwe nirvana.’
‘Gun jezelf een stevige beurt.’
‘Het genot van Turkse baden.’
‘Calanatics, revolutie in uw lichaam.’
‘Gymtonic, dansen en sport tegelijk.’
‘Als de dokter niet luistert en de liefde verslapt.’


(Vervolgt).

Uit : ‘De Schrijfheren’. Roman. Copyright Stef Vancaeneghem.

16 maart 2006

EGOSTRIP (68)

Rijsel. Ik laat alle goede voornemens varen en bezwijk andermaal, in volle vasten, voor de zwaar zondige dessertsuggestie van de maître d’hôtel.
Weg mijn plan om tenminste drie winterse kilo’s van mezelf af te gooien tegen Milaan-San Remo. Onder invloed van zijn dithyrambe laat ik ook al mijn plannen varen in verband met een hoogst aanlokkelijke drievoudige variatie op het thema Crème Brulée. Ik volg hem in zijn enthousiasme voor een ‘Chocophile’. Hij is opgetogen. Goede keuze, gniffelt hij. Het dessert blijkt een subtiel ensemble te zijn. Drie stuks chocolade. Op zeer kunstige wijze verwerkt als drie wellustige sirenen die er op mijn bord scandaleus decadent liggen op te wachten om mijn smaakpapillen in opperste vervoering te brengen.

Met uitstekende vrienden van altijd zit ik in ‘Le Compostelle’: een zestiende eeuws pand van de Tempeliers zoals je die enkel in de binnenbuurt van het Vieux Lille vinden kan. ‘Le Compostelle’, omdat hier na de Tempeliers ook de pelgrims kwamen logeren op hun route naar Compostella.

Het leven toont zich vandaag aan zijn mildste kant. Eerst aanschuiven ‘Chez Paul’, voor het inslaan van diverse confituren. Daarna trakteren mijn jeugdvrienden zichzelf ook nog eens ongegeneerd op enkele waanzinnig dure galetten bij chocolatier Meert. Ze moeten het zelf maar weten. Hierna volgt een verplichte stop in ‘Le Furet Nord’, op mijn eindeloze zoektocht naar het ultieme boek. Ik neem deze keer genoegen met een hap verhalen van Faulkner plus de zoveelste kijk op een filosofisch leven door Luc Ferry, (een verhaal apart die Ferry, ik kom er later op terug) en speur vruchteloos naar de beste verzamelaar van Miles Davis. Elke tip van kenners weze me bij deze zeer welkom. En als afsluiter van een exquise maaltijd - die ik niet eens in detail durf te beschrijven: ‘Chocophile.’ Ik weet het. Een onverantwoord luxueus doch weldadig tijdverdrijf.

De Brit aan de tafel naast ons kan zijn verwondering voor het dessert-kunstwerk op mijn bord niet onderdrukken. Als zware chocoladeverslaafde begrijp ik hem. Conversatie. Hij heeft drie dames mee voor zijn weekendje Rijsel. De verwondering is wederzijds, verzeker ik hem. Hij voor mijn chocolade, ik voor zijn drievoudig gezelschap. Elk zijn pret. Ik vraag hem of hij ook gaat voor Chocophile. Nee, drie stuks Crème Brulée. Ik had het kunnen raden. Zijn weekend kan niet meer stuk.

‘Le Compostelle’ is een aanrader. Achter de onopvallende gevel zit een schitterende 16de eeuwse binnenplaats. 4, Rue St. Etienne. Lille. 03 28 38 08 30 composellelille@aol.com www.chateauhotels.com/compostelle.

15 maart 2006

DE NIEUWE RONSENAAR (63)

Associated Weavers verkocht aan Beaulieu

VEERTIG MILJOEN EURO ONDER HET RONSIES TAPIJT


Stephan Colle en Ann De Clerck van Beaulieu Kruishoutem kopen Associated Weavers International voor 40 miljoen euro. Blijkens informatie die vakkundig vergaard is door Pascal Dendooven en vandaag verschijnt in De Standaard wordt de Ronsese industriekapitein Henri Van Dierdonck, met 18,29 percent de grootste aandeelhouder van AWI, door deze verkoop 7,3 miljoen euro rijker. Zijn vroegere financiële directeur Michel Denys krijgt 2,42 miljoen euro. AWI stelt in totaal 1.140 mensen tewerk en realiseerde in 2005 een omzet van 251,79 miljoen euro voor 48 miljoen vierkante meter tapijt. Het goede nieuws is dat de groep versterkt uit deze overname komt. De jongste jaren stond AW onder druk door de stijgende grondstofprijzen die maar moeilijk konden worden doorgerekend waardoor de rendabiliteit minderde.

De dochter van 'boer' De Clerck

Ann De Clerck (46) is de jongste dochter van Roger ‘Boer’ De Clerck: de bekende pater familias van het veelbesproken Beaulieuconcern. Zij is gehuwd met Stephan Colle (47). Het koppel heeft drie kinderen. Colle & De Clerck hebben een akkoord met het management van AWI om 38 percent van de aandelen over te nemen. Ze bieden 11 euro per aandeel aan: 32,5 percent meer dan de laatste beurskoers.

Win-win situatie

De tak Beaulieu Kruishoutem van Colle & De Clerck heeft voor de productie van zijn tapijten belangen in Zuid-Afrika en Brazilië, voor zijn meubelstoffen in Australië. In Kruishoutem worden nylonkorrels en garens geproduceerd. AWI is de grootste afnemer van die nylongarens in Kruishoutem maar stond de jongste tijd ook onder druk door de daling van de markt van nylontapijt. Doen de duurdere grondstoffen de tapijtverkoop geen goed, dan bezorgen ze de producent van die grondstoffen wel meer winst. In die zin is de verkoop aan producent Beaulieu defensief. De aldus geïntegreerde AWI-groep zou er dus in principe wel bij varen en schokbestendiger worden. Een win-winsituatie voor producent en afnemer.

Kruishoutemse eieren voor zijn geld.

Associated Weavers was een van de eerste echte management by-outs (MBO) in België waarbij de hoofdrol bleef weggelegd voor de managers zelf en waarbij de financiële partners (in dit geval de Bank Degroof en Fortis Private Equity) ondersteunend werkten. De bedoeling van een management by-out is om rijk te worden door de groep na enkele jaren door te verkopen tegen een hogere waarde. Henri Van Dierdonck heeft 22 jaar moeten wachten op het welslagen van deze operatie.

Een groot Ronsenaar

Wie moeite heeft met de - in hogere zakenkringen overigens courante en niet eens ongewone – bedragen, moet er ook bij zeggen dat de bescheiden Ronsese pionier en selfmade wonderboy Henri Van Dierdonck decennia lang duizenden Ronsenaars aan werk heeft geholpen en door deze verkoop tegelijk de toekomst van zijn werknemers verder veilig stelt. Samen met zijn sympathieke directeur Michel Denys heeft hij bovendien een zeer aanwezige rol gespeeld in het sportieve en sociale leven van zijn stad.
Weinig echte doemensen van Ronse deden tevergeefs een beroep op dit duo.

Niet aan de grote klok

Om de positieve open mind van de vrijzinnige Henri Van Dierdonck in al zijn klasse te typeren, nog deze anekdote uit eigen bron. Als sponsor van de prachtige klok die door koningin Paola werd ingeluid in de toren van Sint-Hermes, vond Henri Van Dierdonck het als vrijzinnig mens niet echt passend om ook zelf hiervoor het hem nochtans aangeboden peterschap op te nemen naast meter Paola. Een peterschap dat hij dan maar overliet aan beiaardbepleiter Adelin Devos. Een bescheidenheid die hem typeert en een intellectuele grandeur die hem siert.

14 maart 2006

DE SCHRIJFHEREN (8.7)

Roman

‘Anders werden we altijd vooraf getipt door het verzet. Maar nu zat de Gestapo overal tegelijk. Met tien anderen hebben ze Scherpereel en Romain opgesloten. Eerst in de trouwzaal van het stadhuis. Van daar naar Gent, dan Buchenwald, dan Dora, dan Harzungen, dan naar Ellrich.’

Ze schreit. Stop mama. Ik wil het niet meer weten.

‘Tenslotte naar Bergen-Belsen. Scherpereel heeft het gehaald. Hij heeft mij achteraf verteld hoe het allemaal gegaan is. Hij is bevrijd op 15 april 1945. Veertien dagen later is hij gerepatrieerd. Veertig kilo woog hij nog. Nonkel Romain was al te ziek om nog terug te keren. Hij is gestorven van de tyfus in Bergen-Belsen, na de bevrijding van het kamp. Op 6 mei ‘45, de dag van zijn eenentwingste verjaardag.’

Ze pakt mij vast, we zijn samen voor altijd.

‘De nacht dat ze hem vasthielden op het stadhuis waakten uw vader en ik in het appartement van tante Louise op de markt. Bij dageraad hebben de Duitsers Romain, Scherpereel en de anderen weggebracht naar Gent. Onze Romain moet het geraden hebben dat we bij tante Louise op de loer lagen. Hij heeft nog naar ons raam gezwaaid. Dat was het laatste wat we van hem gezien hebben.’

Ze haalt mijn klasagenda weer uit mijn boekentas, leest de opmerking van meester Kilo over mijn dromerijen, zegt niks, stopt de agenda weer in de boekentas en glimlacht. Ze is zachter dan Brio, zachter dan Bonux God wat zie ik ze graag.

‘Wat moeten we ermee dat ze hem een held van het vaderland noemen? Alle jaren leggen de verzetshelden bloemen aan de voeten van de Onbekende Soldaat. Nu en dan sterft er een.’

Scherpereel stierf in zijn auto, een veertiende juli, op de weg van Parijs naar Doornik. Hij zag de camion van de Laiterie du Clipet te laat. Rond het altaar stonden ze met al hun vlaggen. Na de mis speelden ze de Brabançonne. Ik mocht met mama mee naar de dienst.

‘Het leven zit raar ineen, Charlie. Scherpereel overleeft de kampen. Dan zomaar dood in zijn auto.’

*

‘Het wijfje van de bidsprinkhaan peuzelt het mannetje op.’

Notelaar keek zijdelings of ik volgde. Ik schreef voort aan een verhaal over de Hongaar Victor Vaserely die ik was gaan opzoeken in Annet-sur-Marne.

‘Na de paringsdaad. En dat is ook wat er gebeurt, als je toegeeft aan dat gauchistisch gespuis.’

Leonard Notelaar had het niet begrepen op al wat zich progressief noemde. Vasarely was dat al lang niet meer, sedert zijn optical art was doorgedrongen tot in de supermarkt. Notelaar zei dat we veel konden leren van het lot der mannelijke bidsprinkhanen.

‘Eerst worden ook wij opgevrijd door verhalen over broederlijkheid. Trappen we in de val van de solidariteit. Verliezen we onze identiteit. Vreten ze ons op.’

Ik vroeg hem wie hij bedoelde met ze. Ik zag maar ons tweeën. Het zinde hem niet.

‘Klooi jij maar voort aan je linkse oostblokker.’

Om de haverklap haalde hij uit naar al wie opkwam voor meer rechten. Er waren geen rechten. Alleen plichten. Er waren meesters met rechten, knechten met plichten. De meesters mochten geen duimbreed toegeven. Nooit. Aan niemand.

‘Vrouwenrechten? Denk aan de bidsprinkhanen, Charlie.’

Elke onderwijsvernieuwing luidde de ondergang in van het avondland.

‘Nivellering naar omlaag.Voor het klootjesvolk.’

Er zat één lijn in zijn opstelling. Vroeger was alles beter. Op een dag vroeg hij me om de lezersbrieven voortaan te ‘zuiveren van het klootjesvolk’.

‘Alle brieven tegen het vernieuwd secundair onderwijs erin.’

Een leraar pleitte voor.

‘Gooi die linkse leraar zijn geëmmer eruit, Charlie. Linkse leraar, pleonasme.’

We hadden een schitterende cartoonist. Op een dag tekende hij een prent die Notelaar niet zinde. De verfijnde schrijfheer schreeuwde zich schor, liet Embargo over zijn desk glijden.

‘Die Zak moet eruit. Meteen.’

We beraamden verzet. Het was niet meer nodig want hij kondigde aan dat hij elders een nieuw blad ging maken. Een jaar later gooide hij Wodan op de markt. Zes maanden duurde het avontuur. Na het faillissement, hoorden we nooit nog wat van hem. Volgens de geruchten kwam hij aan zijn eind in Costa Rica. Land tussen twee oceanen. Land van meesters en knechten.

(Vervolgt)

Uit : ‘De Schrijfheren'. Roman. Copyright Stef Vancaeneghem.

13 maart 2006

15000 BEZOEKEN VAN 7000 LEZERS: BEDANKT!

DE NIEUWE RONSENAAR (62)

Dupont & Deriemaker

Sleutelfiguren in het oog van de storm


De huidige coalitie zit met een probleem. Als rechterflank van de alliantie tussen CD&V en Spa-Groen is de VLD compleet aan het imploderen. Dit zowel voor wat de lijst betreft als achter de schermen, in het bestuur.
Nadat Yves Dufour eerder al boos opstapte omdat hij zich gepasseerd voelde op de lijst, is het dus nu de beurt aan het volkse Ronsese liberale kopstuk Rudi Boudringhien om boos weg te lopen van een lijst waarop de gewezen afvallige André Deruyver de tweede plaats bezet achter kopman Patrick De Dobbeleer.

Sluipend gif

Wie het bepaald verrassend vond dat de VLD nièt uitpakte met haar eerste schepen als kopman, de politieke logica zelf nochtans, moet weten dat Rudi Boudringhien in eigen kring de jongste tijd systematisch zwaar onder vuur werd genomen door een paar nieuwkomers en intriganten in het bestuur die er niet voor terugdeinzen in soms lasterlijke mails gif te spuien op al wie hun visie niet deelt. Ondertussen vrolijk Joost Hysselinckx van Het Belang van Ronse opvrijend. Want je weet maar nooit waarvoor zoiets nog dienen kan.
Het zijn diezelfde gifspuiters die ‘Doobie’ dan wel sympathiek maar toch iets te licht vinden, die de nochtans betrouwbare beleidsman Rudi Boudringhien met gemak voor ‘onbekwame’ laten doorgaan en die vandaag met al hun intellectueel elitarisme tekenen voor de grootste ravage van de Ronsese liberale partij sedert de LDR-dissidentie van Deruyver en zijn fransdolle companen.

Mexicaans leger

De liberale partij van Ronse is aldus gaandeweg verworden tot een soort Mexicaans leger waar ongeveer eenieder op eenieder vuurt tot meerdere eer en glorie van zichzelf. Voor zover er nog echt doordachte beleidsvisies op Ronse worden gekoesterd, heffen ze mekaar voortdurend op.
Alle goede bedoelingen ten spijt, slagen noch voorzitter Frans Vandenbossche noch Johnny Verledens erin vat te krijgen op dit amalgaam van individualisten, parvenu’s, arrivisten die zowel de oudere liberale garde als bekwame jongeren de pas afsnijden met hun betweterige opstelling als grote redders van Ronse.
Zelfs Herman De Croo is er de afgelopen dagen blijkbaar niet in geslaagd zijn troepen alhier tot de rede te brengen. Hadden de liberalen aanvankelijk de sleutel van het bestuur, dan wordt het voor hen nu vooral puin ruimen en wonden likken. Patrick De Dobbeleer had het zich als lijsttrekker allicht allemaal anders voorgesteld. ’t Is maar de vraag of hij het nu zelf nog wel wil.


Erop of eronder

De CD&V en de Spa, de coalitiepartners van deze imploderende VLD, zijn nu vooral aangewezen op mekaar. Met aan de extreem-rechtse overkant een Vlaams Belang dat aast op een doorbraak naar het bestuur en aan de eigen rechterflank een compleet verbrokkelende liberale partner, worden burgemeester Luc Dupont en Spa-Groen kopman Gunther Deriemaker de twee absolute sleutelfiguren met wie de huidige coalitie zal staan of vallen.
Luc Dupont gaat voluit voor zijn tweede en laatste mandaat als burgemeester. Hij heeft al hard gewerkt aan de Renaixance, heeft zich ontpopt als de ware leader van Ronse en wil het begonnen werk afmaken. Hij trekt met een eensgezinde ploeg naar de verkiezingen.
Gunther Deriemaker van zijn kant is de eerste echt wervende populaire socialistische kopman sinds Orphale Crucke. Hij is verstandig genoeg om te beseffen dat zijn tijd nog komt. In afwachting kan hij met Pol Kerckhove en Suzy Arijs en zijn nieuwe companen van Groen! Peter Nachtegaele en Wouter Stockman het herstel van zijn partij inluiden. Het zal nodig zijn. Want aan de overkant zal het Vlaams Belang er alles aan doen om aan een meerderheid te geraken. Ook dat is de politieke logica zelf. Dissidenten genoeg alvast, om daarbij dan allerlei allianties te bedenken.

(Vervolgt ongetwijfeld).

Copyright DeNiRo. Bronvermelding verplicht.

DE NIEUWE RONSENAAR (61)

EXCLUSIEF !

NIEUWE ZWARE BREUK BINNEN RONSESE VLD

RUDI BOUDRINGHIEN KOMT OP MET
LIJST GEMEENTEBELANGEN


Volgens eigen informatie die De Nieuwe Ronsenaar bereikt en die ons inmiddels is bevestigd door de betrokkene komt eerste schepen Rudi Boudringhien van de VLD op met een eigen lijst onder de naam Gemeentebelangen.
Een zevental liberalen en niet van de minste overwegen hem hierin te volgen. Deze mensen zouden eerstdaags gezamenlijk de stap naar de lijst van Boudringhien zetten.

‘Lijst is uitgekocht’

Zegt ons hierover Rudi Boudringhien: ‘Mijn beslissing is in eerste instantie niet ingegeven door de manier waarop de VLD -lijst tot stand is gekomen en er nu uitziet. Hoewel die lijst op een zeer ongezonde manier is tot stand gekomen. Ze is gewoon uitgekocht.'

Pardon?

Rudi Boudringhien (herhaalt): 'Iedereen in Ronse weet dat die lijst gewoon is uitgekocht.’


Putsch wederom poets?

Eerste Schepen Boudringhien: ‘De belangrijkste reden voor mijn opstappen is echter dat er binnen de VLD geen ernstige liberale werking meer mogelijk is. U moet weten, er werd in de VLD namelijk een regelrechte putsch geforceerd.'

Door wie?

'Door nieuwkomers in het bestuur die van politiek geen kaas hebben gegeten en denken dat ze het licht hebben gezien. Die hebben het bestuur danig gemanipuleerd en uitgebreid tot ze over een meerderheid zijn gaan beschikken om hun ding te doen.'

Comeback Yves Dufour ?

Hierover door ons ondervraagd, bevestigt Rudi Boudringhien nog dat hij zeker wil gaan praten met Yves Dufour die eerder ook al opstapte. Dit vanuit ongenoegen met de hem toebedeelde plaats op de lijst.

Boudringhien stond op de VLD-lijst als uittredend eerste schepen op de laatste plaats. Het was algemeen bekend dat hij het daar zeer moeilijk mee had.
Nu gaat hij dus als kopman met een eigen lijst: Gemeentebelangen.
Hierover door ondervraagd onthoudt VLD-Kopman Patrick De Dobbeleer zich op dit moment van elke commentaar.

Vervolgt ongetwijfeld.

Copyright DeNiRo. Verplichte bronvermelding.

DE SCHRIJFHEREN (8.6)

Roman.

'Na de geboorte van uw zus in Paimpol zijn we teruggekeerd naar België. Uw nonkel Romain is daarop in het verzet gedoken.’

Ik wist het ongeveer al van mijn broers. We zaten onder de duiventil van grootvader, zagen hoe Emilie de was aan de draad hing tussen de rotsenpartij en de garage.

‘Ze loopt weer heet.’
‘Haar bok komt zondag.’
‘Voor ‘t groot onderhoud.’

Emilie woonde bij ons in en was al oud, wel zeventien. We gooiden keitjes naar de vers gesteven was. Emilie schrok, zwaaide met de wasklopper. We trokken naar de kamer van mijn broers, de deur op slot. Vanaf ons vijftien mocht de kamerdeur op slot, om ongestoord te studeren. Van dan af studeerden mijn oudere broers dag en nacht.

‘Waarom zijn ze niet in Bretagne gebleven ?’
‘Geen avance de Duitsers zaten tot in Bizerta.’
‘Daarbij, ze waren die Bretonse oesters strontbeu.’
‘De Duitsers hebben nonkel Romain doodgemarteld.’
‘Gevierendeeld, in brandende olie gedompeld.’
‘Ze hebben zijn pietje…en zijn tong..’
‘Ge zijt mij aan het beliegen.’

Mama smeert vet op mijn boekentas, poetst ze dan op.

‘Helemaal uitgeteerd, was hij. In een kamp van de Duitsers. Achttien jaar. Om de hoek woonde zijn schoolkameraad Scherpereel. Vos was zijn codenaam in het verzet.’

Mama krijgt de krop in de keel, het kost haar moeite.

‘We wisten niet dat Scherpereel in het verzet zat. Ze waren altijd bijeen die twee. Toen de Duitsers het land bezetten, draaiden ze tracten tegen hun leraar Duits die verkondigde dat Vlaanderen eindelijk zou ontluiken in het Groot-Germaanse Rijk.’

‘Was dat slecht nieuws ?’
‘Vlaanderen ligt al in België. Dat is meer dan genoeg.’

Ze vertelt me de dingen stukje bij brokje.

‘Heel onze familie is erdoor verscheurd. Witten. Zwarten. Flaminganten en Belgicisten. ‘t Is een grote pot pourri.’

Ze begrijpt maar al te goed dat ik het niet begrijp.

‘Een oorlog vervalst alles en iedereen. Scherpereel wist dat onze Romain ervan droomde fotograaf te worden. Ze hebben samen een clandestiene donkere kamer geïnstalleerd. Wat?’

‘Clandestien?’

‘In den duik. Ze hebben een ontwikkelaar ineengeflanst met recuperatiemateriaal van bij loodgieter Jamart. Scherpereel zorgde voor documenten. Die moest Romain fotograferen. Zo zijn die twee begonnen met heel gevaarlijke dingen. Ze konden op elk moment gefouilleerd worden. Wat, Charlie?’

‘Gefouilleerd?’

‘Kijken of er landkaarten tussen uw billen zitten of codenamen in uw achterste. Vos of iets anders. Altijd hadden Scherpereel en onze Romain wel een of ander gevaarlijk stuk op zak. Dat gaven ze door aan koeriers naar Londen. Onze Romain zei dat de Engelsen ‘t water zouden oversteken om de Belgische democratie te herstellen, wat?’

‘Democratie?’

‘Dat iedereen zijn gedacht mag zeggen. Wie ‘t meest van ‘t zelfde gedacht is, mag zijn gedacht doen.’

Ik moet haar niet teveel meer onderbreken.

‘Toen de Duitsers alle mannelijke Belgen voor verplichte arbeid naar Duitsland stuurden, zijn onze Romain, Scherpereel en hun vrienden van ‘t verzet ondergedoken. Ze overleefden met het geld van de overval op de Nationale Bank. Twee weerstanders uit Wallonië pakten in de Peperstraat de malet met de pree voor de stadsbedienden. Scherpereel en onze Romain stonden op de uitkijk. Ze brachten de overvallers weg langs de Steenweg op Doornik. Het geld is verdeeld onder het verzet. Ze zorgden ook voor valse voedingsbonnen en fietsten samen nu en dan naar de radar van de Duitsers in Wortegem. Helemaal langs de hoeve van Baeskens en Demedts rond. Ze telden er de pedaalstoten. Zo berekenden ze de afstand tussen de installaties. Eerst met regenjas, dan zonder, zodat het de Duitsers niet opviel. Aan het gehucht Francquart stonden er wachttorens met kanonnen. Ze speelden met vuur. Alles wat ze wisten over de Duitsers en over gevallen piloten werd naar Engeland gesmokkeld. Ze saboteerden treinsporen. Op 24 april 1944 is er gebeurd, wat moest gebeuren.’

Ze aarzelt. Ze is de droevigste mama van de wereld nu. Ze moet niet verder vertellen, als het haar nog zo’n pijn doet. Ik wil wachten. Liever dat, dan mijn lieve mama zo droevig te zien.

(Vervolgt)

Uit : ‘De Schrijfheren’. Roman. Copyright Stef Vancaeneghem.