EGOSTRIP (68)
Rijsel. Ik laat alle goede voornemens varen en bezwijk andermaal, in volle vasten, voor de zwaar zondige dessertsuggestie van de maître d’hôtel.
Weg mijn plan om tenminste drie winterse kilo’s van mezelf af te gooien tegen Milaan-San Remo. Onder invloed van zijn dithyrambe laat ik ook al mijn plannen varen in verband met een hoogst aanlokkelijke drievoudige variatie op het thema Crème Brulée. Ik volg hem in zijn enthousiasme voor een ‘Chocophile’. Hij is opgetogen. Goede keuze, gniffelt hij. Het dessert blijkt een subtiel ensemble te zijn. Drie stuks chocolade. Op zeer kunstige wijze verwerkt als drie wellustige sirenen die er op mijn bord scandaleus decadent liggen op te wachten om mijn smaakpapillen in opperste vervoering te brengen.
Met uitstekende vrienden van altijd zit ik in ‘Le Compostelle’: een zestiende eeuws pand van de Tempeliers zoals je die enkel in de binnenbuurt van het Vieux Lille vinden kan. ‘Le Compostelle’, omdat hier na de Tempeliers ook de pelgrims kwamen logeren op hun route naar Compostella.
Het leven toont zich vandaag aan zijn mildste kant. Eerst aanschuiven ‘Chez Paul’, voor het inslaan van diverse confituren. Daarna trakteren mijn jeugdvrienden zichzelf ook nog eens ongegeneerd op enkele waanzinnig dure galetten bij chocolatier Meert. Ze moeten het zelf maar weten. Hierna volgt een verplichte stop in ‘Le Furet Nord’, op mijn eindeloze zoektocht naar het ultieme boek. Ik neem deze keer genoegen met een hap verhalen van Faulkner plus de zoveelste kijk op een filosofisch leven door Luc Ferry, (een verhaal apart die Ferry, ik kom er later op terug) en speur vruchteloos naar de beste verzamelaar van Miles Davis. Elke tip van kenners weze me bij deze zeer welkom. En als afsluiter van een exquise maaltijd - die ik niet eens in detail durf te beschrijven: ‘Chocophile.’ Ik weet het. Een onverantwoord luxueus doch weldadig tijdverdrijf.
De Brit aan de tafel naast ons kan zijn verwondering voor het dessert-kunstwerk op mijn bord niet onderdrukken. Als zware chocoladeverslaafde begrijp ik hem. Conversatie. Hij heeft drie dames mee voor zijn weekendje Rijsel. De verwondering is wederzijds, verzeker ik hem. Hij voor mijn chocolade, ik voor zijn drievoudig gezelschap. Elk zijn pret. Ik vraag hem of hij ook gaat voor Chocophile. Nee, drie stuks Crème Brulée. Ik had het kunnen raden. Zijn weekend kan niet meer stuk.
‘Le Compostelle’ is een aanrader. Achter de onopvallende gevel zit een schitterende 16de eeuwse binnenplaats. 4, Rue St. Etienne. Lille. 03 28 38 08 30 composellelille@aol.com www.chateauhotels.com/compostelle.
Weg mijn plan om tenminste drie winterse kilo’s van mezelf af te gooien tegen Milaan-San Remo. Onder invloed van zijn dithyrambe laat ik ook al mijn plannen varen in verband met een hoogst aanlokkelijke drievoudige variatie op het thema Crème Brulée. Ik volg hem in zijn enthousiasme voor een ‘Chocophile’. Hij is opgetogen. Goede keuze, gniffelt hij. Het dessert blijkt een subtiel ensemble te zijn. Drie stuks chocolade. Op zeer kunstige wijze verwerkt als drie wellustige sirenen die er op mijn bord scandaleus decadent liggen op te wachten om mijn smaakpapillen in opperste vervoering te brengen.
Met uitstekende vrienden van altijd zit ik in ‘Le Compostelle’: een zestiende eeuws pand van de Tempeliers zoals je die enkel in de binnenbuurt van het Vieux Lille vinden kan. ‘Le Compostelle’, omdat hier na de Tempeliers ook de pelgrims kwamen logeren op hun route naar Compostella.
Het leven toont zich vandaag aan zijn mildste kant. Eerst aanschuiven ‘Chez Paul’, voor het inslaan van diverse confituren. Daarna trakteren mijn jeugdvrienden zichzelf ook nog eens ongegeneerd op enkele waanzinnig dure galetten bij chocolatier Meert. Ze moeten het zelf maar weten. Hierna volgt een verplichte stop in ‘Le Furet Nord’, op mijn eindeloze zoektocht naar het ultieme boek. Ik neem deze keer genoegen met een hap verhalen van Faulkner plus de zoveelste kijk op een filosofisch leven door Luc Ferry, (een verhaal apart die Ferry, ik kom er later op terug) en speur vruchteloos naar de beste verzamelaar van Miles Davis. Elke tip van kenners weze me bij deze zeer welkom. En als afsluiter van een exquise maaltijd - die ik niet eens in detail durf te beschrijven: ‘Chocophile.’ Ik weet het. Een onverantwoord luxueus doch weldadig tijdverdrijf.
De Brit aan de tafel naast ons kan zijn verwondering voor het dessert-kunstwerk op mijn bord niet onderdrukken. Als zware chocoladeverslaafde begrijp ik hem. Conversatie. Hij heeft drie dames mee voor zijn weekendje Rijsel. De verwondering is wederzijds, verzeker ik hem. Hij voor mijn chocolade, ik voor zijn drievoudig gezelschap. Elk zijn pret. Ik vraag hem of hij ook gaat voor Chocophile. Nee, drie stuks Crème Brulée. Ik had het kunnen raden. Zijn weekend kan niet meer stuk.
‘Le Compostelle’ is een aanrader. Achter de onopvallende gevel zit een schitterende 16de eeuwse binnenplaats. 4, Rue St. Etienne. Lille. 03 28 38 08 30 composellelille@aol.com www.chateauhotels.com/compostelle.
<< Home