11 april 2008

DAG BOEKEN







En de simpele stap van een eenvoudig, moedig mens is niet deel te nemen aan de leugen, geen leugenachtige handelingen te ondersteunen. Laat de leugen in de wereld komen. Laat ze zelfs over de wereld heersen. Maar niet dank zij mij. Voor kunstenaars en schrijvers is het echter mogelijk meer te doen: zij kunnen de leugen overwinnen. In het gevecht met de leugen heeft de kunst altijd overwonnen. En ze zal altijd overwinnen. (Aleksandr Solzjenitsyn, Nobelprijs Literatuur)

‘Schoonheid zal de wereld redden.’ (Fjodor Dostojevski).

‘Is de mens zoals hij zich voordoet aan een astronoom, een klein klontje onzuiver koolstof en water dat rondscharrelt op een onbelangrijke planeet? Of is hij zoals Hamlet hem ziet? Of misschien beide tegelijk?’ (Bertrand Russell, History of the Western Philosophy).

‘Over de goden weet ik niets. Niet of ze bestaan. Niet of ze niet bestaan. En niet hoe ze eruitzien. Veel zaken staan deze kennis in de weg: de moeilijkheidsgraad van het onderwerp en de korte duur van het menselijk leven. De mens is de maat van alle dingen.’ (Protagoras).

‘Kunst is gekkigheid en waard wat de gek ervoor geeft’. (Wim T. Schippers).

‘Wat we eigenlijk nodig hebben, is verandering van geest, niet van horizon.’ (Seneca).

‘Wij wegen de materie. Wij meten haar. Wij ontleden haar. En als we na al deze grove bewerkingen nog een stapje verder willen gaan, vinden we in ons machteloosheid en voor ons de afgrond.’ Voltaire (Dictionnaire Philosophique).

‘Er zijn dingen we kunnen weten omdat we ze kunnen bewijzen. Er zijn dingen die we weten zonder dat we ze kunnen of hoeven te bewijzen. En er zijn heel veel dingen die we nooit zullen weten. (Zhyang Zi, Chinees tijdgenoot van Aristoteles).

‘De filosoof is beschouwelijk als de beeldende kunstenaar. Meevoelend als de gelovige. Causaal als de man van de wetenschap. Hij probeert alle tonen van de wereld in zich te laten nagalmen en deze samenklank uit zichzelf naar buiten te brengen in begrippen. ‘ (Nietzsche).

‘Vertrouw op je eigen verstand dat je de mogelijkheid zal geven nog beter te worden dan je al bent. En vertrouw op je intuïtieve liefde die je de weg zal wijzen naar goed gezelschap.’ (De hedendaagse filosoof Fernando Savater tot zijn vijftienjarige zoon).

10 april 2008

LA VIE EN PROSE















Cher Pierre Bellemare

Pas tous les jours qu’une star télévisuelle Française vient raconter des histoires à Renaix. J’en profite déjà pour vous en raconter une. C’est l’histoire d’une ville perdue dans le labyrinthe Belge, coincée entre une Flandre incapable de l’aimer et une Wallonie rejettant ses misères sur elle.

Vous y serez l’invité du Cercle Emile Verhaeren ‘dont le but premier et principal est de favoriser la culture Française et d’en assurer le rayonnement sur place.’

C’est une gloire locale, le regretté Albert De Cordier qui a créé le Cercle en 1972. Question de préserver la francophonie de l‘anéantissment final par les hordes barbares franchissant les torrents de la Muilebeike. Il faut savoir, cher Pierre Bellemare, que mon ami Albert se prenait un peu pour le Dalai Lama de la francophonie locale. Se déléctant de toutes les tribulations invraisemblabes d’un Renaisien à Renaix. Genre Tintin au Tibet. Soit. Que le bon dieu ait son âme. Et ses amis du Lions sa bonne cave à vin.

Vous remarquerez qu’il n’y a point d’accent sur l’Emile d’ Emile Verhaeren. Vu qu’ Emile, tout comme son frère Leo et sa soeur Maria, était un écrivain Flamand, formé au collège Sainte Barbe (la barbe!) à Gand. Choisissant le Français comme outil de sa poésie, son symbolisme, son naturalisme. De son mysticisme surtout.

Tiens, en parlant de mysticisme je vais vous en reconter une autre, une histoire. Verhaeren est mort à Rouen. Tombant d’un quai. Ratant son train, puisque passant plutôt dessous. Criant :

‘Ma femme!
'Ma patrie!’

Les dernières paroles de Verhaeren nous plongent dans le genre d’énigme que vous racontiez si bien le soir à la télé quand j’étais gamin et que je collais à l’écran vous écoutant vendre vos casserolles par Télé Achats.

Avouez qu’il reste pas mal de questions concernant ce dernier cri de Verhaeren. Par exemple: c’est qui qui le note, ce dernier cri de coeur avant la gloire éternelle? Sa femme? Ha bon, d’accord. Mais alors est-elle vraiment objective? Entend-elle ‘Mes femmes!' Ou, par contre: 'Ma femme?' Et la petite Marie Gevers alors dans tout ça? Qu’est-ce qu’elle devient? Que dalle?

Et puis quelle patrie? La Flandre? La Belgique? La France? Verhaeren restera donc un vrai mystère. Je suis persuadé que vous, cher Pierre Bellemare, avec tout votre talent de Merlin l’Enchanteur, vous pourrez en faire une des plus belles histoires de la littérature euh..disons Franco-Flamande.

Allez, au travail! Etonnez-nous. Et n’oubliez pas surtout, lors de votre passage, de signaler que la presidente actuelle du Cercle est mon amie Marie-Ange Ketels, que le président d’honneur en est monsieur Allart, la vice-présidente madame Vigis, la sécrétaire générale madame Ponsaerts, la trésorière-adjointe madame Derenoncourt et les conseillers messieurs Dubois, Ferrant, Morel et Van Nerum. Oui, Van Nerum: artiste tout comme le pointilliste Flamand Van Rijsselberghe dont le tableau ci-dessus ne se nomme pas par hasard: ‘Conférence par Emile Verhaeren.’

Ils sont fous ces Flamands qui s’ignorent, monsieur Bellemare. Et alors les Renaisiens, je ne vous dis pas. Ici nous ne sommes peut-être pas des Chti’s, mais des vrais Wieties. Tiens, quand vous viendrez au Remington tenir votre conférence, essayez un peu de leur lancer:

‘Bonsoir les Wieties!’

Rien que pour voir leur tronche. Allez, je vous souhaite la bienvenue en Flandre.

Stéphane.

(Avec l’accent, pas comme Emile mais en revanche Flamand et très fier de l’être).

Pierre Bellemare.‘6 personalités Françaises du XX ième Siècle.
Le 25 avril Salons Remington. 19u30.
Tel 055 20 96 01 / 0472 38 55 77.


'La vie en prose'. 'Journal Intimide'.
Copyright: Stef Vancaeneghem.

08 april 2008

DE BENIEUWDE RONSENAAR


ACTEUR
PETER SEYNAEVE :

JAN DECLEIR LIET ME DOOR
IN RUIL VOOR
MARSEPEINTAARTJES
VAN BIJ
PATISSERIE
SEYNAEVE...


In De Morgen van vorig weekend laat Ronsenaar en beroepsacteur Peter Seynaeve in een overigens heel mooi oprecht en menselijk doorleefd verhaal in zijn hart kijken. Peter is van vorming opticien net als zijn vader en zijn zus. In het paginavullend verhaal van De Morgen kijkt hij tevens terug op ‘een rustige, gelukkige jeugd in Ronse’. Een paar interessante quotes daarover willen we onze fidele lezers niet onthouden.

Eindstation Ronse

‘Ik kom uit Ronse. Dat is een eindstation, een stadje waar niet zoveel gebeurt. Ik wist dus ook niet zoveel van de wereld. Ik heb een jongere zus. We zijn kinderen van kleine zelfstandigen, een opticien. Alles was vanuit dat perspectief geregeld. Ik wilde wel toneel studeren, terwijl ik achteraf gezien totaal niet wist wat theater is of kan zijn.'

Dank zij het schooltheater

‘Waarom het mij dan zo aansprak? Door op school toneelstukjes te spelen, door de lessen voordracht en wellicht ook door de televisie, denk ik. Mijmeren over meespelen in De kotmadam, dat soort zaken.'

Op avontuur naar Brussel

'Maar theater had ik eigenlijk nog nooit gezien. Zoals het een echte zoon van zelfstandigen betaamt, wilde ik ook zelfstandig zijn, een echt beroep uitoefenen en niet iets theoretisch. Ik wilde eerst kleermaker of kok worden. Uiteindelijk is het ook opticien geworden. Tja, ik vond een bril een interessant object, zeker? Ik studeerde ook graag. Ik ging naar Brussel en dat was een avontuur voor een jongen uit Ronse. Maar tegelijk was het ook duidelijk dat optiek me niet echt interesseerde.'

Prince a capella

‘Nu goed, ik heb dus aan een toelatingsexamen van Studio Herman Teirlinck deelgenomen, vooral omdat ik op latere leeftijd geen spijt wilde hebben dat ik het niet geprobeerd had. Dat paste ook in de deal met mijn ouders: als ik een diploma voor een deftig beroep had, mocht ik aansluitend ook iets zots doen.'

'Waarom Studio? Het was het enige wat ik kende. Voor het ingangsexamen heb ik een liedje van Prince gezongen: 'Sometimes It Snows in April'. Je werd daarbij begeleid door een pianist, maar ik geraakte daar zo van in de war dat ik maar a capella gezongen heb.’

Marsepein voor Jan Decleir

‘Ik had het geluk dat Jan Decleir in de jury zat. Jan heeft immers een tijdje in Ronse rondgehangen. Mijn grootvader was patissier en mijn oom heeft die zaak overgenomen. Patisserie Seynaeve is in Ronse een soort begrip. Blijkbaar kwam Jan Decleir er regelmatig langs. Toen ik binnenkwam in het examenlokaal vroeg iemand vanwaar ik afkomstig was, waarop Jan vroeg of ik misschien familie was van de patissier. Ja dus. Eigenlijk zei Jan zoveel als: oké, die laten we door, zolang ik maar beloofde om iedere week een marsepeintaartje mee te brengen. Uiteraard stemde ik daarmee in.’

In Ronse, beste Peter, gebeurt er dus net wel genoeg om getalenteerde jongeren als jij via schooltheater en amateurtheater kansen en ‘goesting naar meer’ te geven.

Op dit moment komt er 'in deze stad waar niet zoveel gebeurt' alweer onverbiddelijk nieuw theatertalent om de hoek piepen. Zoals gebleken is in 'Het Oneindige Verhaal.'

Binnen tien jaar zullen die allicht in de krant vertellen dat ze uit Ronse komen en dat daar niet zoveel gebeurt. Enzovoort. Het hoort bij de mystiek van dramatiek.

Allez kom, zand erover. Dan wel in ruil voor wekelijks zo'n marsepeintaartje. Dat spreekt.

BEAU MONDE


IEN
ROONSE
EES
DAT IET

ERKENNING
KOMT ER
NA HALF
MILLENNIUM


RONSENAAR
CYPRIAAN
DE RORE


DE KAPELMEESTER VAN SAN MARCO


Unieke lotsbestemming

•1515/1516: geboren in Ronse
•ca. 1540(?)-1545: vermoedelijk verblijf in Venetië in de kring van Willaert
•1545/1546-1559: kapelmeester aan het hof van Ercole II d'Este, hertog van Ferrara
•1558 en 1559: bezoek aan zijn ouders in Vlaanderen
•1560-1563: in dienst van Margaretha van Parma in Brussel en haar echtgenoot Ottaviano Farnese in Parma
•1563-1564: opvolger van Willaert als kapelmeester aan de San Marco in Venetië
•1564-1565: opnieuw in dienst van Farnese in Parma
•september 1565: overlijden in Parma


Meer over Cypriaan De Rore vind je
op een aparte webstek:
www.cypriaanderore.be

TICKETS EN KAARTEN UNIEK CONCERT:
DIENST CULTUUR 055 23 28 01
Ook via: cultuur@ronse.be

07 april 2008

BLOG NOTE


TUUPE VUIR DE RONSENIERKIES

6de Klassertjes
van Glorieux
promoten Ronse

Steun hen, stem voor hen!

De leerlingen van het 6de leerjaar van de Vrije Basisschool Glorieux doen mee aan een wedstrijd tot het winnen van een schoolreis. Hiervoor moesten zij een toeristisch filmpje maken ter promotie van Ronse. Twee kinderen uit die klas trokken op pad met een cameraploeg van Sylvester Productions. Dat productiehuis is bekend van onder meer 'Kinderen van Dewindt'.Het resultaat was al te zien in 'Bestemming Vlaanderen', het wekelijks toeristisch programma op de regionale zenders.

Omdat de Ronsese school één van de tien deelnemende scholen is, wordt een beroep gedaan op de stem van de kijker. U kan nog tot woensdag middernacht de Ronsese 6de klassertjes steunen door uw stem uit te brengen met:

Een smsje naar 3536 met vermelding 'KLAS RONSE'.

(kost je slechts 0,50 euro).

Er volgt nog een herhaling op 29 mei en 31 mei telkens om 17u30.
Ook dan is stemmen opnieuw mogelijk. Doen!

Tuupe vuir oes Ronsenierkies!

BLUE MOON



21.

Met onze Snukkende Snaren doen we vandaag het voorprogramma van de Rotary Vlaamse Ardennen. Het gebeuren is aangekondigd als ‘Exclusief Event Rondom de Ronde’. We spelen in een tent bovenop de Oude Kwaremont. De hoofschotel is kreeft. Op een bedje van hopseuten. De prijs is all-in. Reservaties verplicht. Met verzekerde aanwezigheid van Freddy Maertens en Serge Baguet. En als toetje Etienne Vermeersch voor de nabeschouwing. Garçons in vanillekleurige smoking en bordeauxrode vlinderdas van bij Massimo Duti draven rond met fluitjes.

‘Er is Sampagne à volonté’.

Onze chef van de Snukkende Snaren heeft voor de gelegenheid zijn gespikkelde salopette aan. Plus zijn muts met ster van Che Guevara. Bij wijze van protest tegen de bezetting van Tibet door China. Jacques Rogge moet zelfs niet proberen van de Belgische atleten naar ginder te krijgen. Mededogen met de monniken. Met de vlam in de pij.

Onze drummer heeft een ietwat vervaalde bermuda aan, gelijk Gène Bervoets. De kleur is waterzooi. De overige Snukkende Snaren maken het verschil in disco outfit van Village People. Zelf hou ik me achter mijn didgeridoo in Mescalero Apache-tenue. Om het feest aldus de gewenste exotiek mee te geven op deze grillige lentedag. Het zijn dergelijke details die ons zo geliefd maken bij het grote publiek.

In de tent klinkt mijn didgeridoo alsof je met Air Force One door de tunnel van Louise-Marie zou vliegen. Doch daar kunnen we zelfs met de beste pa-installatie van bij Rudi Projects echt niks aan doen, sorry voor de overlast. Je blijft altijd met reverb-effecten zitten. Dat de voorzitter van de Rotary dat maar niet begrijpt. Hij als Paul Harris Fellow nochtans. Een man van verdiensten. Met morgen een hele boterham onder zijn naam, op de necrologiebladzijde van De Standaard.

De maaltijd wordt extra gekruid door het rechtstreekse verslag van de Ronde van Vlaanderen. Dit op een megascreen, ons gratis ter beschikking gesteld door Eldi.

‘Samen met mijzelf heten uw gastheren hier vandaag dan ook Missel Wuyts en Zozee De Cauwer van de VRT.’

Zo meldt ons de presentator van dienst, tussen het hels vork- en mesgekletter door. Deze man redt levens, hij is ambulancier van beroep en op Events als dit ook presentateur. Bovendien helemaal niet duur. Je kan hem voor communies of bijvoorbeeld een jubilee boeken op tinternet.

Normaal weigeren we als Snukkende Snaren dergelijke kleinschalige privé-optredens. We willen ons imago als supergroep niet compromitteren. Daarbij, als we aan dergelijke drempelverlaging beginnen, geraken we nog in de knoei met de voorbereiding van onze World Tour deze zomer. Doch omdat onze filmopnamen nu toch eventjes stil liggen, vond onze chef het kunnen. Als tussendoortje. Martin Scorscese zit, voor de verfilming van onze Never Ending Tour, nu toch toevallig met die overboeking van drie draaidagen voor zijn nieuwe Stones-film. (Wie pakt er, behalve valiezenmarchand Vuitton met Keith Richards, nu nog uit met dat oudmannekenshuis?)

Hoe dan ook een verkeerde beslissing van onze chef, zo blijkt hier bovenop de Kwaremont. Want niemand die naar ons luistert. Iedereen schreeuwt de tent vol pronostieken, lalt Ronde-encyclopediek. Halverwege ons speellijstje snukt onze chef dan ook de prise uit zijn gitaar en beslist dat we maar beter samen naar de Ronde van Vlaanderen kunnen kijken. We zullen ons gerief erna wel weg doen. Nu is er toch geen doorkomen aan. We gaan onze camionette schenden.

Eenieder in de tent hangt met de lippen afwisselend aan de fluitjes Champage en aan die van het top-verslaggeversduo Wuyts & De Cauwer. Mét assist door Renaat Schotte vanop zijn stalen ros.

‘De costauds zijn al goed aan het moeven.’
‘Maar Pilippo Podzato houdt zich nog gedeinzet.’
‘Hier zie, ons stamcafé. In den Trap op, bij Marie-Jeanne.’
‘Ballan krijgt een Coup de Fringale.’
‘Wat wil zeggen dat zijn suikers op zijn.’
‘Ha gij noemt dat suikers.’
‘Kijk, een gat van 24 seconden.’
‘Het monster wacht met open muil’.
‘Nog tnegentig kielemeterst.’

‘Doch de vrees
voor De Muur
is groter dan
de drift om
ervan weg te knallen.’

‘Schoon gezegd, Missel. Precies een poëemke van Hugo Claus.’

‘Euforia!
Euthanasia!
Du koost die
zelfgekozen
dood
als een kinderkopke
nedergelegd
al bovenop
de Koppenberg
de Ronde
is verre rond.’

‘Kijk zie, Ballan scherp gelijk mijn Gillette.’
‘Dit is dames en heren Manuel Quinzinato.’
‘De bijkans-advocaat.’
‘Hij combineert koersen met rechten.’
‘Kunnen dat dan nog moeilijke studies zijn?’
‘Tommeke op het wiel van Spartacus Cancellara’.
‘En daar is alweer dat knulletje van een Langeveld Sebastian.’

‘Geniet met mij
van getemperde tempi
door Robert Wagner.
Lohengrin van de koers
Polyfonisch. Diatonaal.
The ride of The Valkyries.'

Hoste zijn dérailleur wipt zot onder zijn gat.’

‘Volder sleept. Dit is tactisch.
Dit is puur denkwerk.
Ziehier het brein van Wilfried Peeters
in het kopke van Stijn Devolder.’

‘Ja, Renaat?’
‘Volderken uit Saint-Lewie. Supporterslokaal De Gilde.’
‘Dank je wel, Renaat.’

‘José, Oudenaarde, Geraardsbergen of Ronse? Zeg het mij. Nu.’
‘Waar is Volderke kampioen geworden, peinsde Missel?’
‘In Ronse off all places natuurlijk, José.’
‘Ha bon, Missel.’

‘Ronse de Vlaamse Ardennen
waar grote kampioenen
opstaan en dan vallen.
Met hun peripetieën.
Hun Hektiek. Dramatiek.’

‘Wilde gij mijn fluitse nog ne keer vullen?’ vraagt onze drummer.
‘Alles is op’, zucht een werkloze garçon. Vanop zijn plooistoel naast het kaal geplunderd dessertbuffet houdt hij de blik gericht op het megascherm.

‘Al vanaf kielemeter tzeventig was alles op en weg.'

Blue Moon. Roman.
Illustratie: ‘Morning has broken’.
Copyright: Stef Vancaeneghem.
(De personages van deze roman zijn fictief).