21 maart 2008

180.000 CLICKS LATER


TUUPE
MAAR
NOOIT
DUPE


U heeft hier inmiddels met zijn allen samen de kaap van de 180.000 bezoeken aan deze blog overschreden. Vanochtend staat de teller exact op 180.371 waarvan 122.490 uniques en 57.881 reloads. In ijltempo op naar de 200.000. Deze massale belangstelling en gestadig aanzwellende fideliteit vertaalt in enkele cijfers uw enthousiasme voor een simpele droom. De droom die we delen voor ons geliefd Ronse. De droom die we samen de afgelopen jaren op elk plekje in en om Ronse (in de zon en in de regen) luidkeels hebben gezongen, altijd zullen blijven voort zingen: Tuupe vuir Roonse. Zu simpoo da’t ees.

Ons is echter ook een ander lied bekend, dat dromen bedrog zijn. Wij zullen onze droom daarom koesteren. We zullen hem hardnekkig vrijwaren. We zullen er nauw op toezien dat hij niet misbruikt wordt voor persoonlijke verrijking en politieke profilering.


Tuupe zullen we beletten dat onze tolerante reflex misbruikt wordt voor import-sektarisme en sluimerende versluiering van Ronse. Tuupe zullen we verhinderen dat solidariteit gemanipuleerd wordt door opportunisme en politiek cliëntelisme. Tuupe zullen we het politiek eigenbelang aanklagen dat de verpaupering van Ronse in de hand werkt en bestendigt. Tuupe zullen we verhinderen dat de kloof tussen de echte pechvogels en de geboren geluksvogels nog groter wordt gemaakt door de dienaars van de nieuwe elite, van huisjesmelkers en woekeraars. Tuupe zullen we de bouwwoede van de betonbaronnen bestrijden.

Tuupe zullen we de vernietiging van het Ronsese patrimonium omwille van snel en grof geldgewin aanklagen. Tuupe zullen we alert kijken wat er met het geld van de Ronsenaars gebeurt in megaprojecten zoals de Kloef, wie er beter van wordt. Tuupe zullen we de geldtransfers van verkiezingscampagnes in de gaten houden, kijken voor wie de imagocampagnes over Ronse echt dienen. Tuupe zullen we alle Ronsese netwerken van het eigenbelang in kaart brengen en ontmaskeren. Tuupe zullen we verhinderen dat Ronse het mekka wordt van snel-rijk-Belgen met eigen geldtransferfilières naar voormalige ‘thuislanden’.

Tuupe zullen we elke vorm van racisme bestrijden. Ook het racisme dat zich systematisch in de slachtofferrol wentelt. Ook het racisme dat het recht op integriteit van eenieder misbruikt om echte integratie in Ronse uit de weg te gaan. Tuupe zullen we het fascistoïde zwarte doemdenken bestrijden, het kleinburgerlijke domdenken, het chagrijn, het goedkoop populisme, het doorzichtig electoralisme. Tuupe zullen we elke uiting van persoonlijke profilerinsgdrang rondom het toekomstige burgemeesterschap na Dupont ontmaskeren. De zweetdieven van ideeën van anderen – bijvoorbeeld rond werelderfgoed voor Ronse – zullen we daarbij te gepaste tijde terugfluiten.

Tuupe zullen we waar en wanneer nodig de officiële parlé, het schermen met cijfers over de veiligheid van Ronse confronteren met de werkelijke leefwereld van de Ronsenaars. Die anderhalve maand wachten op slachtofferhulp na een overval. Die telkens weer om hun pas gevraagd worden als ze s’ochtends vroeg om hun krant gaan. Die ondertussen zien hoe de Delhaizeparking ’s nachts en op zondag ongestoord verandert in testbaan voor oefenrondjes en voor wat al niet. Tuupe zullen we het Strategisch Plan en alle plannen die Ronse echt vooruit helpen, voluit steunen.

Tuupe zullen we blijven aandringen op samenwerking met de Eurometropool Lille-Tournai-Kortrijk. Op een samenwerkingsverband met de omliggende heuvelgemeenten. Op samenwerking met zusterstad Oudenaarde. Op de uitbouw van een degelijke Ronsese Fietspadenroute. Op renovatie van het Oude Vrije. Op zinvolle bestemming voor Ronse’s op één na mooiste parel: de Oude Sint-Martinus. Tuupe zullen we blijven ijveren voor de voluit Vlaamse identiteit van een taalhoffelijk en gastvrij Ronse, stad van de nieuwe wereld.


Als het gaat om het beoordelen van een toestand vertrekt de pedagoog Ovide Decroly altijd vanuit de eigen leefwereld. Wel we zullen de perceptie van de eigen leefwereld van de Ronsenaars hier blijven capteren, noteren en signaleren.We zullen die Ronsese leefwereld hier blijven toetsen aan het officiële verhaal dat ons in gemeenteraad, via het blinkie blad 'Inzicht' en andere officiële kanalen wordt voorgehouden. Nooit zullen we daarbij de dupe zijn van onze mooie droom: tuupe.

Loet oes
noa drumen
vaa Roonse.


(Illustratie: Le Petit Prince. Antoine de Saint-Exupéry).

20 maart 2008

BLUE MOON


19.

‘Ik heb al de gazettenpraat over Hugo Claus bijeengelegd naast de pietjesbak.’

Voor de klandizie van de Silicon Valley koopt Kitty normaal alleen boekskes met foto’s erin van Paris Hilton zonder slipje. Vandaag is ze speciaal voor De Snukkende Snaren de kwaliteitskranten gaan halen in de Lottowinkel.

De drummer wil dat we onze repetitie starten met één minuut ‘stilte om het heengaan van De Meester’. De anderen vinden dat allemaal sentimentele zever.

‘We zijn de piepo’s van de Vlaamse Regering niet.’
‘Die hem zijn leven lang hebben gekloot’.
‘In de bak hebben ze hem bijkans gedraaid.’
‘Voor drie onnozele blote pietjes in zijn stuk’.
‘De Heilige Drievuldigheid in al haar naaktheid.’
‘Kaloten kloten was zijn lang leven.’

Volgens de chef van onze Snukkende Snaren is het schoonste eerbetoon dat we gewoon een extra loeihard lied voor hem spelen. We komen uit op Greensleeves. In de versie anno 1965 van The Scorpions, uit Manchester.

Geen simpel nummer op mijn didgeridoo. Om de aparte klank te bereiken van Muddy Waters in Mannish Boy monteer ik eerst zorgvuldig een Blues Blaster microfoontje van Hohner op het uiteinde van mijn instrument. Met elastiekjes. Aangesloten op mijn nieuw aangeschafte Fender Champion-ampli met buislampen geeft dat een overweldigende warme sound die het midden houdt tussen de lekkere klankkleur van 'While my Lady Sleeps' door John Coltrane en de pure schoonheid van 'The Queen of Palonia' door Dieter Limbourg op High Voltage.

Denk dus vooral niet dat we met onze Snukkende Snaren over ijs van een nacht gaan. Het voorprogramma van Blossom Toes en Frank Zappa op het Festival van Amougies krijg je niet zomaar in de schoot geworpen. Zoiets moet je verdienen met veel repeteren. Als Bowie belt voor studiowerk in The Factory in New York, of Lou Reed voor een support act in Altamont kun je die mensen niet ontgoochelen met oppervlakkig maakwerk.

‘T’es tied dat ut es.’
‘Hij zal niet moeten were komen den Hugo.’
‘De schoonste wijven in zijn sponde’.
‘Elly Overzier… man, man, man.’
‘De vlezige lippen van Marilyn’
‘De tetten van Anita Ekberg.’
‘Op een Vespa Gran Turismo door Vaticaanstad.’
‘Bella Donna’.
‘In Nukerke receptioneerde ze in blote mus.’
‘Waart ge‘r gij bij misschien?’
‘De Geruchten.’
‘De mortuis nihil nisi bene’
‘Gaat ge gewichtig doen?’
‘Nemo me impune lacessit’
‘Meneer spreekt Latijns.’
‘Kitty Courbois…..man, man, man’

(‘Heeft iemand mij geroepen?’
‘Nee Kitty maar geeft ons toch maar hetzelfde. Ge zijt hier nu toch.’)

‘Ik zie hem nog zitten achter zijn kaarske.’
‘Suite Flamande’
‘Als hij dan Het graf van Pernath voorzegt.’
‘Ge hoorde de muizekes copuleren’
‘Dan Suite Gourmande’
‘Château du Mylord’
‘Château Migraine’.

‘Mira, aan de brug van Kerkhove.’
‘Machtige cinema’
‘Billeke van Ammelrooy…
‘Man man man.’
‘De Leeuw van Vlaanderen’
‘Twee man en één paardenkop’
‘Vlàààànderen de Lèèèèuw!’
‘Ziet ge hem daar staan op de cocktail bij Boudewijn?’
‘Genoten van mijn Leeuw, sire?
‘Skone landschappen, meneer Claus. Wreed skone landskappen.’
‘Voor Boudewijn was hij een goddeloos mens. Den duivel zelf.’
‘Neem Vrijdag’.
‘Ewel, Georges, hoe is het nog met uw dochter?’
‘Mmmmgodverrrr...'
'Ziet dat ge er nu met uw poten afblijft hè, Georges.’

‘Liefde, poëzie, revolutie.’
‘De mens, existerend in al zijn beperkingen’
‘Broos gelijk het leven.’
‘Doch vol mededogen’.
‘Begin hier nu niet te zeveren gelijk den Dalai Lama.’
‘Een leeuw bekommert zich niet om de vlooien in zijn manen.'

'En? Wat schrijven al de grote Clauskenners in hun gazetten?’

('Ze liggen bij de pietjesbak heb ik u gezegd'.)

‘Vrijbuiter in de kunst’
‘Theater van de begeerte’
‘Beweeglijke verzen’
‘De Keizer’,
‘Gelijk Rik Van Looy’.

‘Wat vindt gij feitelijk van Hugo Claus, Kitty?’
‘Ja, gij als onze marraine?’
‘Als vrouw met uw voeten in ’t leven zelf?’
‘Wat ik van Hugo Claus vind?’
‘Ja, zeg het ons, Kitty.’
'Hij leerde zijn volk vogelen. En ik kan het weten.’

Het elastiekje rond mijn Blues Blaster knalt, vanwege de hevige trillingen. Onze chef redt mij met tape uit zijn speciale reparatiekit voor tamboerijnen en andere onmogelijke cowboy-instrumenten.

Morgen staan we geboekt in Sint-Blasius-Boekel, voor het Davidsfonds. We geven er muzikale omlijsting bij een causerie over Stijns Reimond, de grote schrijver der Vlaamse Ardennen. Van wie werk is vertaald over de gehele wereld. Tot in Silezië toe. Het stopt niet. Artiest zijn is Hard Labeur.


‘Blue Moon’. Roman.
Illustratie: ‘Morning has broken’
Copyright: Stef Vancaeneghem.

(De personages van deze roman zijn fictief. Bestaansrecht en persoonlijkheid hebben ze alleen in deze roman. In werkelijkheid bestaan ze niet en hebben ze ook nooit bestaan).

19 maart 2008

ZONDE VAN HUGO












Als dan het koperen keteltje vol as
van wat ik was wordt leeggeschud
over het geduldige gras,
mijn lief, sta daar niet voor schut

en veeg de rimmel van je wangen.
Denk aan de vingers die deze regels schreven
in onze tijd van verlangen
en die je streelden tijdens hun leven.

En lach om wat ik was, onder meer
het gesnurk in de bioscoop,
de onderbroek die steeds afzakte,

de debiele grap en de logge loop
naar jou keer op keer
toen ik je nu warme weelde pakte.


HUGO CLAUS

(5.4.1929 - 19.03.2008)

WEG VAN RONSE

GEGE OP DE PLANKEN IN PARIJS...


















Onze lieve correspondente in Parijs
Ronsenaresse

GERALDINE VANDERCAMMEN


speelt in:
Les Trompettes de la Mort.
Van 14 april tot 17 mei om 20u30 in
'Le Bouffon théâtre'
in Parijs (van dinsdag tot zaterdag).
Klik op ons beeld voor meer details.
Reserveren via http://www.billetreduc.com/21123/evt.htm
of op 01 42 38 35 53

Tuupe noar Paroas vuir Zéézéé...

18 maart 2008

WRITERS IN RESIDENCE

KWAREMONT













Ze zien uit naar een aardig pensioen
de Vlaamse Ardennen. Als grootgrondbezitters
beleggen ze in weiden en weidse vergezichten.
Ze zijn tuk op adem, op ruimte, op tijd.

Want ze hopen ooit te rentenieren,
de Vlaamse Ardennen. Zie hoe ze grosieren
in bossen en kronkelende beken. Ze hopen nog
flink wat eeuwigheid bijeen te harken.

Slim bekeken is het om er de zon elke avond
als een muntstuk te laten verdwijnen
achter die heuvel die de rug kromt
als een spaarvarken.


FRIEDL

Uit: ‘Dichter bij de Vlaamse Ardennen’.
Een poëziewedstrijd van alle bibs uit de streek.

16 maart 2008

LA VIE EN PROSE


Mon petit Michel,

Je te connais mieux que mon frère mort trop jeune, comme le tien. Je sais tout sur ta maman qui n’a pas toujours aimé tes émissions. Elle a tort, la chérie. Tu es toujours très classe. Même quand Gainsbarre sort son célèbre ‘Wanna fuck you!’ à Whitney Houston.

Je connais le chagrin de ton papa médecin qui s’est toujours demandé ce qu’il allait bien pouvoir faire de toi, homme de toutes les lumières. J’en sais peut-être même un peu trop sur ta jolie femme Dany pour ne pas rêver d’une petite randonnée à bicyclette comme dans la chanson en sa compagnie dans le Lubéron. J’adore ta chienne Olga. J’aime quand elle fait ses besoins sur Le Chat de Gelluck qui se prend pour Milou.(Je veux dire Le Chat).

Je te sais hypochondriaque et pilote d’hélico. Les deux m’embouchent un coin. Moi qui ai presque rendu mon âme à la mer du Nord en ce jour de tempête que mon rédac chef avait choisi pour que j’aille y voir de haut une bulle d’huile. Avec mon photographe fou, suspendu sous l’appareil.

Je te sais amoureux de la petite reine. J' habite Renaix comme tu le sais. Notre amitié tient donc la route. La route du Tour, des Flandres.

Tout ça ‘mon petit Mimi’, (comme on aime t’ appeler entre copains avec Johnny, Eddy, Sylvie et les autres) je le sais pour la simple raison que cela fait maintenant trois décennies qu’on se voit tous les weekends.

C’est même à un point que mes enfants, en quittant la maison pour faire leur propre vie, ont vécu leurs premiers weekends sans toi comme une... délivrance. Pas qu’ils oseraient un mot de critique sur toi. Ils savent depuis toujours que toute critique d’un ami (je veux dire un vrai, un comme toi) est tout à fait hors de question sous ma toiture. Ils se contentent donc tout juste d’un petit ricanement quand ils viennent me rendre visite et que tu es encore là à me faire la parlote.

Ma première rencontre personnelle avec toi date du siècle dernier, au Festival de Cannes. C'est dire. Tu ne t’en souviens pas? Fais quand-même un encéfalo demain, on ne sait jamais.

Je te revois sur ce trottoir ensolleillé Rue d’Antibes. Le temps de se dire bonjour -moi ça va et toi ça va? - voilà que tu me sautes dans ta Peugeot 504 genre Cyrille Guimard dans la grande boucle, partant vers la Croisette Chez Félix, en compagnie de Danielle Gilbert.

(Tu ne sais plus tout ça, biroute? Fais-le cet encéphalo. Demain dès la première heure. Faut pas rire de ces choses-là. Tant que t’y es, fais vérifier les urines d’Olga. Avec Le Chat on ne sait jamais).

On ne s’est donc plus quitté depuis Cannes, toi et moi. Dommage que tu ne t’en souviennes pas. On a pourtant tout partagé depuis. Le départ du Grand Jacques, celui de notre enfoiré. Putain de camion. Je t’entends encore m’annoncer ce dernier éclat de rire de Zorro qu’est arrivé. Foudroyé en pleine jeunesse, à nonante ans. Oui je sais: quatre-vingt-dix. Quoi qu'il en soit, Salut les Copains...

Quand tu m’as annoncé que tu viendrais ce samedi en Tenue de Soirée et qu’on irait découvrir ensemble le Marché de Bruxelles, je ne me suis pas fait prier et puis...

t’as voulu des moules
et t’as eu les foules
t'as voulu voir Eddy
on a vu Annie Cordy
t'as voulu Salvatore
moi aussi je l' adore
t'as voulu France Brel
t'as vu le tout Bruxelles
t'as voulu voir Toots
on a vu Arno gueuler
comme je tousse
t'as vu la Cité
de la Belgétude
on t'a débité
tous les clichés
mais on a oublié
six milllions
de braves gens
du Plat Pays
entre Bruges et Gand.

Je ne t’en veux pas.

MIMI EST MON AMI!

Rien que pour cet Amsterdam inoubliable de Florent Pagny, Jean-François Bernardini d'I Muvrini et les choeurs de Nancy. Reviens me voir Le Huitième Jour. Je t’emmènerai visiter L'Agneau Mystique. Pour faire chic.

Bon je te laisse. On se voit dimanche.

Stéphane.

Ps. N’oublie pas ton check up. Fais un noeud dans la queue d'Olga! Un noeud papillon, bien entendu.


La Vie en Prose’. ‘Journal Intimide.’
Copyright Stef Vancaeneghem.