20 maart 2009

DE BENIEUWDE RONSENAAR

RIJKSARCHIEF GAAT DICHT
ARCHIEVEN VAN RONSE EN HERMES
VERHUIZEN NAAR BEVEREN

TERWIJL ‘ANNALEN VAN RONSE’
INHOUDELIJK BEDROEVEND WEGZAKKEN


Zonder enig overleg met het historische veld of met de collega-archiefdiensten heeft het Rijksarchief beslist de vestiging in Ronse op te doeken. Het Rijksarchief bezorgde Ronse uitstraling en bezoekers van ver buiten de stadsgrenzen. Het bezorgde ook werkgelegenheid aan een -weliswaar beperkte- groep mensen en omgekeerd zorgde Ronse al van in 1964 voor huisvesting van deze federale overheidsinstelling. Het gevolg is nu wel dat het rijke archief van Zuid-Oost-Vlaanderen met onder andere het oude stadsarchief van Ronse en de Sint-Hermeskerk verhuist naar Beveren-Waas of all places.

Voor al wie de geschiedenis van de streek in zijn hart draagt, is dit een zware tegenslag. Zelfs al maakt het Rijksarchief allerlei dure beloftes waarvan moet blijken of die gerealiseerd worden zoals het prioritair digitaliseren van het gehele archief dat zich in Ronse bevond en de bouw van een nieuw rijksarchief in Gent.

Natrappen post mortem...

De Ronsenaars met belangstelling voor geschiedenis zullen het dus moeten stellen met de inhoudelijk deerlijk wegkwijnende ‘Annalen’ van een zogeheten 'Geschied-en Oudheidkundige Kring’ die allicht vanuit hoge kopijnood, zijn kolommen open stelt voor schaamteloze persoonlijke aanvallen waarin eerbare Ronsenaars tot in hun graf worden geschoffeerd, tot zelfverheerlijking van de gelegenheidsauteurs zelf. Misschien moeten ze bij de 'Annalen' voortaan die tweede n schrappen.

19 maart 2009

DE BETALENDE RONSENAAR

HET STRATEGISCH ZWERFVUILPLAN...(Vervolg)
















HIERNA INTEGRAAL HET DURE STADHUISTAALTJE…

'PROJECT GECOORDINEERDE AANPAK VAN
ZWERFVUIL, SLUIKSTORTEN EN HONDENPOEP'


'In april 2008 besliste het college van burgemeester en schepenen een project op te starten rond de aanpak van zwerfvuil en sluikstorten. De titel van dit project is : gecoördineerde aanpak van zwerfvuil en sluikstorten door communicatie, efficiënte reiniging en handhaving - opmaak van plan van aanpak en begeleiding bij uitvoering.

Dit willen we bereiken met dit project:
1. Minder zwerfvuil, sluikstorten en incl. hondenpoep Zwerfvuil, sluikstorten en hondenpoep objectief meten
2. Verbetering van het stadsbeeld en minder ergernis tgv zwerfvuil, sluikstorten en hondenpoep
3.kostenoptimalisatie door
• een goede balans tussen communicatie, reiniging en handhaving
•Efficiënter maken van bestaande reinigingsactiviteiten door onder meer aanpassen bestaande infrastructuur en organisatie (uitwerken van draaiboeken)
•Ontwikkelen van een visie over de inrichting van de openbare ruimte waarbij van bij de aanleg rekening wordt gehouden met het vermijden van zwerfvuil en sluikstorten
•Aanpassen van de bestaande infrastructuur (waar haalbaar) om zwerfvuil, sluikstorten en hondenpoep te verminderen

Er is gestart met een situatieanalyse (nulmeting) op basis van beschikbare gegevens en nieuw veldonderzoek (wat is de toestand nu?). Op basis van de situatieanalyse, de cijfers en de ervaringen wordt een plan van aanpak opgesteld:
•Een communicatieplan voor preventie van zwerfvuil, sluikstorten en hondenpoep – voor de hele bevolking maar ook voor specifieke doelgroepen (wie moeten we bereiken en hoe?)
•Een optimalisatieplan voor de reinigingsdiensten (wie doet wat wanneer op welke manier en wat kost dat in verhouding?) met een lijst van haalbare ingrepen aan de infrastructuur om zwerfvuil en sluikstorten op een structurele manier te verminderen
•Een plan voor gerichte handhaving, opgesteld in overleg met en gedragen door alle betrokkenen

Voor de uitvoering van dit project laten we ons bijstaan door het bureau Beco, dat een grote ervaring heeft met dergelijke projecten. Dit project wordt uitgevoerd met de financiële steun van de Vlaamse Overheid (Samenwerkingsovereenkomst Milieu 2008-2013) en de OVAM (campagne In de vuilbak).

EN HIERNA DE RONSESE REALITEIT
IN DE GEWONE WOORDEN VAN EEN RONSENAAR
OMTRENT ZIJN ERVARING
MET HET NIEUW CONTAINERPARKSYSTEEM…
















Thuis een beetje verbouwingen : de badkamer veranderd. Daardoor 2 x 2 maal naar het containerpark geweest met mijn auto (geen "break"). Bij de vierde keer waren mijn 6 punten opgebruikt en mocht (= MOEST)ik reeds 15 euro bijbetalen.
We zijn half maart, en 't gras is nog niet beginnen groeien !
'k Vrees dat het "containerpark" fors gaat uitbreiden ... tot de hele stad !

Goe bezig !
Alain Bouchez.


Commentaar overbodig...

16 maart 2009

LA VIE EN PROSE



A Ostende j'aime Gibraltar
Ces rochers qui s'ingénient
A me faire du plat

A Ostende
Je tire au stand
Je gagne des otaries

La mer se retire
Cache ses rouleaux
A l'ombre des digues
Elle et moi on s'ennuie

Nos souvenirs
Font des îles flottantes
A Ostende
J'ai la hantise de l'écharpe
Qui s'effiloche à ton cou

A Ostende j'aime Epinal
Ses ondées lacrymales
A l'arrivée du ferry

Un soupçon de fadeur
Un rien de tragédie
Et je pleure
Mon collyre
Ma colère

Flottez hippocampes
Droits comme des i
Laissez-vous porter
Par l'extrême obligeance

Faites fi
De la géographie
Des petits ensembles
Des grands amphis

A Ostende
J'aime Gibraltar
A Ostende j'appréhende
Les forces en présence

Je paye en yens
Des offrandes carabinées
A mes païennes indifférentes
Armes et palabres

A Ostende
Tout me navre

A Oslo j'aime Agadir
Son brouhaha
A Java j'aime la Villette
A l'Alma je soupire
En Ukraine j'aime le fado
A Ostende

Flottez hippocampes
Droits comme des i
Laissez-vous porter
Par l'extrême obligeance

Faites fi
De la géographie
Des petits ensembles
Des grands amphis

A Ostende j'aime Gibraltar
Ces rochers qui s'ingénient
A me faire du plat

A Ostende
Je tire au stand
Je gagne des otaries

La mer se retire
Cache ses rouleaux
A l'ombre des digues
Elle et moi on s'ennuie

Nos souvenirs
Font des îles flottantes
A Ostende
J'ai la hantise de l'écharpe
Qui s'effiloche à ton cou


ALAIN BASHUNG

'La Vie en Prose'
Journal Intimide.
Copyright Stef Vancaeneghem.

JOURS DE FRANCE















8.

Serre-Ponçon. Tergend traag trekt hij de zware Evinrude op toeren. De onderkant van mijn twee Champion- ski’s steken verticaal in het miljard kubieke meter water onder mij. Ik heb er moeite mee ze uit elkaar te houden. Het karmijnrode touw, dat me als een levenslijn met zijn boot verbindt, spant zich aan. Genadeloos als de strop om de hals van François Villons gehangenen. Sleurt me haaks over de plas.

Met oeverloos veel geduld heeft hij me geleerd hoe ik met de zwaartekracht dien om te springen, wil ik over water glijden. Hij draait zich om aan het stuur, maakt het zegeteken. Ik ben klaar voor een slalom over de negenentwintig vierkante kilometer tussen Embrun, Chorges en Savine-Le-Lac waar we vanmiddag zullen aanmeren voor pick-nick op de flanken. Het stuwmeer dat van Ubaye een onderwaterdorp maakte, moet de Durance beletten om, zoals in 1843 bijna het geval was, Avignon en omgeving te verzwelgen.

Hij is mijn personal hero. Al doe ik erg mijn best om dat niet te laten blijken. Teveel dingen drijven onze ruimtetuigen nu razendsnel uit elkaar naar verschillende planeten. Hij, de perfecte fils de famille, bourgeois-gentilhomme. Attaché-case vol ezelsvellen. Reservekolonel met stick, pet en baret. Mijn suggestie dat hij met al zijn legerexamens ooit nog de rang van Belgisch reservekoning kan ambiëren, wordt minder gesmaakt. Chief Executive is hij. Iets met staal en grootindustrie. Voor minder dan hoogovens en gloeiende graden hoeft het niet. Aandeelhouderschappen. Fusies van bedrijven. Bestuursraden. Mandaten alom. Alle trendy titels die onweerlegbaar wijzen op volkomen welslagen. La Haute. Welstand. Erfenissen. Paul Harris Fellow. Piloot op Piper. Waterskikampioen op de drievoudige disciplines slalom, figuren en ver springen.

Naast hem ben ik een moustique. Een kakkerlak die de brui geeft aan zijn hogere studies. Een watje dat hij hier op twéé ski’s heeft gedropt, niet eens sterk genoeg voor mono dus. Van de zevenhonderd miljoen kilowattuur per jaar die dit stuwmeer opwekt, verbruiken hij en ik op de begane grond (water is een geleider, Claude François zou dit detail later schromelijk verwaarlozen in zijn bad) voldoende vonken voor hoogspanning tussen alles wat ons tegelijk innig aan elkaar bindt en hier in de opspattende koele wateren van dit meer snel van elkaar verwijdert. Mei gaat aan hem voorbij. Hij, hardnekkige gelovige van alles wat de anderen nu loslaten.

‘Des couilles molles.’

Zijn wereld blijft voor altijd die van ervoor. Wat er nu in Nanterre gebeurt is nivellering naar omlaag. Het komt nooit meer goed. De ondergang van het oude avondland. Waar is de grandeur van Port-Royal? Waar zijn de zekerheden van het hart? Eén keer kiezen voor de gemakkelijke weg is altijd toegeven aan gemakzucht. Een paard dat een obstakel ontwijkt kan evengoed op stal. En ik, voor hem ben ik een knul van een knol.

Behalve waterskikampioen is hij verwoed winterskiër, dat spreekt. Voor minder dan poedersneeuw gaat hij niet. Skiën dwars door ‘La Mer des Glaces.’ Glijden over gletsjers. Bergbeklimmer ook. Liefst de moeilijkste kant van de Mont-Blanc. L’Aiguille du Midi, als opwarmer voor alle toppen ter wereld. Everest. Mount Kenia. Kilimanjaro. Je vergeet de Mont Saint-Michel, plaag ik hem.

Il n'ira pas beaucoup plus loin
La nuit viendra bientôt
Il voit là-bas dans le lointain
Les neiges du Kilimandjaro

Elles te feront un blanc manteau
Où tu pourras dormir
Elles te feront un blanc manteau
Où tu pourras dormir, dormir, dormir.

Walk on water. Vooral vermijden dat ik bij het oppikken met de voeten in de messcherpe schroeven van zijn boot terechtkom. Tafelverhalen daarover. De meermin met het lange blonde haar dat verstrikt geraakt in de schroeven onder de boot. Hoe ze helemaal aan flarden draait. Het hoofd eraf gesneden. Later opgeschept door een Canadair bij het bijtanken van bluswater. De ooit zo mooi zo blonde kop verkoold teruggevonden in een lavendelveld, na blussingswerken in Barcelonette. Franse tafelverhalen. Altijd erover. Altijd à peu près. Zoals ze je ‘approximativement ‘ de weg uitleggen naar Sisteron, naar de Verdon toe, naar Entrevaux. Maar nu dus eerst kop, voeten en handen ver uit de buurt van die schroeven. Ski’s en mezelf ongeschonden weer aan boord hijsen.

Hij is ook een jaar lang ski-leraar geweest in Jamaica. Daar deed hij het zonder ski’s. Op blote voeten. Hoge snelheid. Schroeihard. Eén stuk wrakhout en je bent je voeten kwijt. Om van de haaien te zwijgen en wat ze dan af happen.

Tafelverhalen. Hoe kan ik ooit aan de hielen van mijn held reiken? Ik met mijn boeken mijn schriftjes en mijn gekrabbel in de marge altijd. Et lui, avec ses couilles en or. Hoogspanning. Elektriciteit. De zoete Banyuls maakt veel goed. Zoet. Zacht. Watje. In mijn lijf het verdronken Atlantis van mijn verlangens en de meermin die er op me wacht.

Dans son délire il lui revient
La fille qu'il aimait
Ils s'en allaient main dans la main
Il la revoit quand elle riait.

Morgen wil mijn held naar Embrun. Het Nice van de Zuidelijke Alpen. Past perfect in zijn plaatje. Tout le monde il est beau. Tout le monde il est gentil. Hij wil er de kathedraal bezoeken. Twaalfde eeuw. Een persoonlijke afspraak met de man die over water liep zonder ski’s. De ene seigneur die de andere dankt voor het betere bestaan in de wondere schepping. Tot die dag dat hij, mijn onnavolgbare held, recht vanop de poedersneeuw tegen één van gods naaldbomen knalt.

‘Jours de France’.
Verzonnen Journaal.
Copyright Stef Vancaeneghem.