05 juli 2008

DE BENIEUWDE RONSENAAR

TUUPE NOER DEN BRUUL!






















‘Waw! Zoveel volk bijeen op de Bruul dat heb ik hier nog nooit gezien’, lacht schepen Joris Vandenhoucke de massa kort en krachtig vanop het grote podium toe in zijn welkomwoord bij de opening van de Bruulconcerten 2008.

Alle ingrediënten zijn er dan ook om Bruul 2008 een formidabele start te geven. Een stralende zon. Een uniek kader. Pas grote vakantie. Kortom: echte zomersfeer alom. Het zuiden in Ronse zelve.


Al van ’s middags wordt het Bruulpark omgetoverd tot onwaarschijnlijk droomparadijs voor de Kids. In de vooravond volgt er een spetterend optreden van Spring.
En ’s avonds is er dan de grote massa 'groten'. Afgekomen op Peter Dhooges ‘Question’: voor de gelegenheid versterkt met Joachim Van Hoeckes knappe blazerssectie.

Met zijn feilloze interpretaties van Stevie Wonder, Joe Cocker en George Harrisonsongs en zijn aangeboren podiumvastheid ontpopt Peter zich als de ideale aanbrenger voor de alom verwachte ster van de avond Guillaume Devos.

De supersympathieke Steracteur-Steracteur waarop heel Ronse trots is maakt het dan ook helemaal waar. Hij geeft zijn Ronsese fans volledig wat ze van hem verwachten : een schitterende show. Guillaume heeft een heel mooie warme stem en alles er bovenop om Vlaanderen helemaal plat te krijgen.

Alleen een opdringerige ambetante managermadam van Delavega, de volgende geprogrammeerde groep slaagt er in (tot op het podium toe!) de massale ‘We want more’ te doen smoren. Gelukkig dat de kiekengeluiden uit de snukkende snaren van de sologitarist haar tijdens haar nummertje dwarsliggen ontgaan...

Maar de timing is dus de timing. De Ronsenaars krijgen echter maar niet genoeg van Guillaume Devos. Met of zonder overhemd aan. De lange signeersessie bewijst de populariteit van Guillaume in eigen stad. De zangeres van Delavega maakt dan wel alles goed en geeft nog een prima (Studio Brussel sized) topact weg.

De Buulconcerten zijn dus meer dan ooit helemaal wat ze altijd al wilden zijn. Schitterend pretentieloos gratis amusement. Een zomer lang. Dik proficiat aan allen die hiervoor tekenen. Dit is een mooi, heel mooi antwoord van de Ronsenaars op al diegenen die Ronse in het verdomhoekje lullen.
Hoe schuune da Roonse tooch kan zoan. Tuupe noer den Bruul!


MET DANK AAN ONZE FOTOGRAFEN:

- Milo Van Driessche (Guillaume met Peter & Question).
- rudyroan.com (Blazers Joachim Van Hoecke en avondpodium)
- Yannic Vancaeneghem (vooravond).

04 juli 2008

BLUE MOON


31.

Met onze Snukkende Snaren verzorgen we ook exclusieve privé-optredens . Voor de emir van Aboe Dabie, of voor een gepensioneerde pompier die door zijn maats vergast wordt op een verrassingsfuif. 'Vergast' bij manier van schrijven. Verrassing met dubbele r welteverstaan en met dubbele s. Ons maakt het totaal niet uit voor wie we optreden, we zijn volkomen a-sociaal. Bepaalde leden van onze band, meer bepaald onze trekzakkers, eisen wel dat ons bij boekingen geen enkele beperking wordt opgelegd qua consumptie. Ze vinden niet dat een of andere religieuze verplichting afbreuk kan doen van de Bourgondische toets die ons als Snukkende Snaren zo geliefd maakt bij de bredere lagen van de wereldbevolking.

Anders functioneren we ook niet honderd percent. Meer bepaald op de kleine, met leder beklede, hamertjes van ons Hammerklavier. Anders dan bij het tokkelsysteem van een klavecimbel snukken we met de snaren, waardoor de uitsterftijd van onze geluiden korter is dan van een piano. Denk maar niet dat we met onze Snukkende Snaren onzorgvuldig te werk gaan in de zoektocht naar onze geroemde aparte klank. Terwijl bijvoorbeeld de gebroeders Ray & Dave Davies van The Kinks hun vermaarde windengeluid bereiken door de nagel (waarmee ze doorgaans elders krabben) voor de verandering eens in hun Fenderversterker te steken, zo probeerde ikzelf bij ons jongste optreden de oudhollandse kanonnen van Josquin des Prés wat Italiaanse klankrijkdom mee te geven door mijn didgeridoo om te tunen tot koraalfugo. Deze keer mislukte dat jammerlijk. Doch niemand die het merkte want ik bracht meteen ons nieuw mengpaneel tot ontbranding.

Ons podium was deze keer iets heel speciaal. We zijn veel gewoon. Maar deze keer kregen we een reuzevlot midden de vijver van domein Sint-Hubert. Zoals Haydn King George I op zijn vlot vol Watermusic achterna dobberde op de Theems, zo meerden wij glorieus aan op de oevers van het meer om er de feestvierders op te monteren met onze Special Royal Firework composities. Terwijl onze zangeressen daarbij aldus heel melismatisch melopeeën uitstootten en onze toetsenist zijn tremulant tremuleren deed, legden onze gasten vrolijk zeven damherten neer die vanuit het Kluisbos asiel hadden gezocht in de bosjes rond de koele meren des doods.

(Net als op Goede Vrijdag van het jaar 683 voor Hubertus van Luik, verscheen er volgens sommige feestvarkens tussen het gewei van het laatste damhert een lichtend kruis met erop een lichtreclame voor de Noveen van Wittentak. Het zullen hun gedachten geweest zijn. Als de drank is in de man.)

Nu Benedictus The Sweet Litlle Sixteenth zijn signatuur onder de akte van heiligheid van Damiaan zet, zijn allerlei vaderlandse heiligheden weer zeer in trek. Bijvoorbeeld Gertrudis van Nijvel die al haar maagdelijkheid in dienst van God stelde. En haar broer Saint-Bavon die net als kerkvader Augustinus eerst een wild leven leidde om zich daarna, anders dan de meeste weduwnaars, na het overlijden van zijn echtgenote wat te kalmeren en in Gent de Saint-Bavon stichtte. Naast The Bridge en Het Vosken, aan de kathedraal.

Om nog te zwijgen van Jan Valentinus Paqay, artiestennaam Het Heilige Paterke van Hasselt die als biechtvader steeds voor iedereen klaar stond, met voorspellingen. Of Amandina van Schakkebroek. Ook een heilig mens voor het christendom. Van het 1,3 miljard Chinezen wist zij er 0,000 000 000 1 percent te bekeren. Dat die achteraf allemaal boeddhist werden vanwege het mededogen van de Dalai Lama, doet niets af van haar verdienste. Met onze Snukkende Snaren doen we echter niet aan commerce. We brengen ons geroemd declamatorium in duolen, decimolen en vooral veel dissonanten. Daarbij wordt onze fauxbourdon-zangtechniek biezonder gesmaakt.

(Boven onze cantus firmus voegen we de boventerts en de bovensext toe met afwisselend eronder de ondersext en de onderkwart. Alleen bij de eerste en de laatste toon plaatsen we de stemmen zo dat zij tot elkaar komen te staan als grondtoon, kwint en octaaf. De meeste van onze combinaties krijgen aldus de vorm van een sextakkoord. Vooral Jeannien en Marie-Lou, onze twee achtergrondzangeressen zijn er dol op).

Je moet ons zien en horen om het te geloven. Deze week niet. We zijn al volgeboekt tot september. Na Werchter, Roskilde, Hamburg, de binnentuin van de Joly, Central Park, Blankenberge (Tien om Te zien), Stockholm, Le Château du Mylord Ellezelles, gaan we met onze maats van High Voltage naar Frameries. Dan de absolute zomertopper: De Nukerkse Dorpsfeesten.

Een gechargeerd programma. En mijn kapellekes moeten in de Sadolin.

‘Blue Moon’. Roman.
Illustratie: ‘Morning has broken’.
Copyright Stef Vancaeneghem.

(Alle personages en situaties in deze roman zijn fictief. Vertelpersonage incluis.)

03 juli 2008

GRAFFITI













Een boek moet oude wonden openrijten, nieuwe wonden toebrengen zelfs. Een boek moet een gevaar zijn.

Misschien zou je alleen de eerste kladversie moeten publiceren, dus nog voor je zelf weet waar je heen wilt.

Men schrijft niet omdat men iets te zeggen heeft, maar omdat men zin heeft iets te zeggen.

De dood is een staat van volmaaktheid, de enige die binnen het bereik van een sterveling ligt.

Elke concessie die je doet, gaat met een innerlijke verschrompeling gepaard waarvan je je niet onmiddellijk bewust bent.

Waar is alle aanstellerij voor nodig, als het zo makkelijk is je eigen nietigheid vast te stellen?

Wat me het meest heeft verbaasd bij het merendeel van de filosofen met wie ik zoal in aanraking ben geweest, was hun gebrek aan oordeelskracht. De plank voortdurend mis. Een opmerkelijk onvermogen tot trefzekerheid. Ingeroest absraheren bederft de geest.

Succes, eerbetoon en de hele rataplan zijn alleen dan vergeeflijk als de persoon die erin deelt, voelt dat het slecht met hem zal aflopen.

Mijn passie voor geschiedenis is het gevolg van mijn fijne neus voor het vervallene en mijn voorliefde voor wat niet meer goed komt.

Mijn opdracht is de tijd te doden en de zijne op mijn beurt mij te doden. We voelen ons uitstekend op ons gemak, als moordenaars onder elkaar.

Hoe ouder we worden, hoe meer eer we najagen. Misschien is de ijdelheid zelfs wel het felst bij het naderen van het graf. We klampen ons vast aan nietigheden om niet te hoeven zien wat ze verbergen. We misleiden het niets met nog iets nietigers.



Wat men schrijft, geeft maar een onvolledig beeld van wat men is. Omdat de woorden pas gaan vloeien en tot leven komen wanneer men innerlijk op een hoogte-of dieptepunt verkeert.

In de smarten des levens is, volgens Plinius, de vrijheid zichzelf te doden ‘de grootste weldaad die de mens heeft ontvangen’. En hij beklaagt de Godheid die geen weet heeft van zulk een verleiding en zulk een kans. De Allerhoogste beklagen omdat die verstoken is van de mogelijkheid zich het leven te benemen! Een weergaloze, een wonderbaarlijke gedachte, die op zichzelf al bewijst hoe superieur de heidenen waren aan de bezetenen door wie ze spoedig zouden worden verdrongen.

Vriendschap is een pact, een overeenkomst. Twee mensen gaan de stilzwijgende verplichting aan nooit te zullen rondbazuinen wat ze eigenlijk van elkaar vinden. Een soort verbintenis op basis van omzichtigheid. Wanneer een van hen in het openbaar op de gebreken van de ander wijst, is daarmee het pact opgezegd, de verbintenis verbroken. Geen enkele vriendschap houdt stand als een der partners het spel staakt. Geen enkele vriendschap verdraagt met andere woorden een al te forse dosis vrijmoedigheid.

We slaan de plank allemaal mis, behalve de humoristen. Zij alleen hebben haast spelenderwijs de ijdelheid van elle ernst en zelfs van alle lichtzinnigheid doorzien.

In vlagen van doodsverachting heeft men een zeer hoge dunkt van zichzelf. Wanneer men de Dood daarentegen beziet vanuit de nederigheid van de ontzetting, is men waarachtiger, diepzinniger, zoals steeds wanneer men de filosofie, de pose, de leugen afwijst.

Doodgaan op je zestigste of je tachtigste is moeilijker dan op je tiende of je dertigste. Gewenning aan het leven, daar zit’m de kneep. Want leven is een verslaving. De ergste die er is. Wat verklaart dat het zoveel moeite kost je ervan los te maken.

Zij die de filosoof hebben verweten dat hij zijn naam onder tegenstrijdige protestbrieven zette, dat hij tegelijk of achtereenvolgens voor strijdende partijen, legers of standpunten tekende zonder op zijn eigen keuzen te letten, zijn vergeten dat dat nu juist is wat filosofie zou moeten zijn. Want waar dient het toe zich daaraan te wijden als men zich niet in de beweegredenen van anderen verplaatst? Waar twee vijanden elkaar bevechten, is het twijfelachtig dat maar een van hen de waarheid aan zijn zijde heeft. Wanneer je ze beurtelings beluistert, zwicht je, als je ter goeder trouw bent, voor hun beider waarheden, op gevaar af over te komen als een windhaan en eigenlijk dus te veel filosoof te zijn.

Ik lees zojuist in een biografie van Tsjechov dat het meest door hem van aantekeningen voorziene boek dat van Marcus Aurelius is. Van zo’n detail raak ik vervuld als van een openbaring.

Uit: ‘Gevierendeeld’. Cioran. Gallimard 1979. Arbeiderspers 1995.

02 juli 2008

DE BENIEUWDE RONSENAAR




KRONIEK
VAN
DE
GEMEENTERAAD.
(VERVOLG)





BRIEF VAN VLD-RAADSLID PATRICK DE DOBBELEER:

‘WE ZIJN RECHTS VOOR ECONOMIE EN LINKS VOOR DEONTOLOGIE’


Naar aanleiding van de gebeurtenissen in de gemeenteraad van maandag (lees hierover onze kroniek) kregen we volgende toelichting van Patrick De Dobbeleer. Een visie die we vanuit onze zorg voor de freedom of speech hieronder graag onverkort en integraal publiceren. Van VLD-fractieleider Tom Deputter kregen we geen commentaar. We moeten onze lezers derhalve het antwoord schuldig blijven wie bij VLD Ronse tegenwoordig nog namens wie spreekt. En om wat te zeggen…

‘Maandag was er tijdens de gemeenteraad geen verborgen agenda tussen Vlaams Belang en Open VLD. Dat Eric Tack bij Tom kwam had niets met het op dat ogenblik te behandelen punt te maken. U weet dat ik hier nooit zal om liegen. Na de aanstelling van de eerste kandidaat wou ik tussen komen maar Tom vroeg mij om dit nog niet te doen . Laat ons wachten op de tweede stemronde was zijn antwoord. Met het bekende gevolg (Volgens bepaalde nog af te toetsen bronnen zou het trouwens gaan over betaalde mandaten....Als dit correct is denk ik dat we niet verder moeten zoeken vanwaar de interesse.)

Wanneer ik vroeg aan de voorzitter of hij dit democratisch vond heb ik geen antwoord gekregen noch van schepen Nedia ..........

Ik kan U enkel bevestigen dat er geen afspraken bestonden tussen de twee, zelfs sterker, dat het VB verwonderd was dat wij als eersten opstapten en dat zij ons gevolgd zijn. Het is jammer om dit anders verwoord te zien op je website. Dit laatste mag je trouwens checken bij De Heer Tack

Wij zullen nog standpunten innemen waarin er zou kunnen gesteld worden dat onze partij het Vlaams Belang achterna holt, doch onze Voorzitter verwoordt het regelmatig, “Onze standpunten zijn gebaseerd op de liberale principes van vrijheid, respect, verantwoordelijkheid, gelijkwaardigheid en sociale rechtvaardigheid. Het is correct dat we een aantal rechtse standpunten hanteren, want liberalen zijn nu eenmaal rechts voor alles wat economie betreft en links voor wat de deontologische problematiek betreft.”

Wij zijn en blijven een oppositiepartij en binnen onze thema’s zullen wij verder ijveren voor een vrijer en geëmancipeerd Ronse, ongeacht of een aantal punten ook die van het Vlaams Belang evenaren. Want geef toe, de liberalen staan al jaar en dag voor veiligheid en dit nog voor het bestaan van het Vlaams Blok. Het is dan ook jammer dat telkens wij als fractie bepaalde gevoelige snaren aanraken binnen de Gemeenteraad, wij het etiket opgekleefd krijgen het Vlaams Belang achterna te hollen.

Onze dossiers worden tot in de details uitgewerkt . Het is dan ook te betreuren dat de meerderheid ze telkens van de tafel veegt, om er nadien zelf mee in de pers te staan en dan verwijs ik naar de Parkeerroute, de toeristische borden op de invalswegen van Ronse, ideeën die uit ons congres komen van eind vorig jaar en die publiekelijk bekend werden gemaakt.

Enig positief signaal vanuit de meerderheid naar de oppositie toe zou niet ongepast zijn, maar wie stond er de laatste maanden met deze verhalen in de pers?

PATRICK DE DOBBELEER

BEAU MONDE

OH AVIGNON, MIEN SCHUUNE STAAD...



Wie onderweg naar het zuiden Avignon meepikt kan er op het theaterfestival onze Ronsenaaresse Géraldine Vandercammen (bij onze lezers bekend als Gégé uit onze rubriek Weg van Ronse) bezig zien in Le Pacte op het alom bekend internationale theaterfestival.

We duimen voor de onvergetelijke zangeres van ‘Oh Roonse mien schuune staad’.

BLOG NOTE


01 juli 2008

DE BENIEUWDE RONSENAAR

KRONIEK VAN EEN HALVE GEMEENTERAAD

TUUPE VUIR RONSE…RONDJES OP ZONNIG TERRASJE

VLAAMS BELANG: OPPOSITIE VANUIT HARMONIE

VLD’ERS HOLLEN TACK ACHTERNA










Stadsecretaris Linda Vandekerkhove blijft het spektakel gelukkig bespaard. Zij vertoeft inmiddels al zorgeloos op haar vakantiestek in bella Italia. Gelijk heeft ze. Veel blijkt er in ‘haar’ stadhuis niet meer te notuleren op de laatste zitting voor de zomervakantie. Stadsingenieur Danny De Brakeleer doet voor haar de klus. Die is gauw geklaard.

Want bij punt 13 van wat een rustige zomerraad moet worden, verlaat Erik Tack met veel gesticulatie de zaal. Hierin aarzelend gevolgd door zijn Vlaams Belang-suite. En passant nodigt hij ook Tom Deputter en Patrick De Dobbeleer, zijn twee maatjes van de VLD, om hetzelfde te doen. Wat die dan ook, als twee gedweeë canapépiesserkes van de grote leider, prompt doen. Zielig om zien hoe deze voorvechters van de vrije mening zich aldus aan de leiband laten meeslepen.

Andermaal laat de VLD aldus de kans liggen om eindelijk eens zelf het voortouw te nemen in constructieve oppositie. Liever laat ze de inhoudelijke discussie over een billijke vertegenwoordiging in adviesraden verzuipen in een zoveelste uitgekookte mediastunt van Erik Tack. Die mag de Ronsese VLD vandaag dankbaar zijn voor deze bijzondere bijdrage aan zijn profiel. Hoe naïef kan je zijn.


The Name of the game

Punt 13 gaat over de hersamenstelling van de ‘Paragemeentelijke vzw Stedelijk Jeugdcentrum Ronse.’ De algemene vergadering hiervan dient zesjaarlijks te worden samengesteld. Bij raadsbesluit van 2 juli vorig jaar werden daartoe 6 kandidaten – van de meerderheid – voorgedragen door de stedelijke Adviesraad voor de Jeugd. Tack pikt het niet dat zijn fractie hierin geen vertegenwoordiging gegund wordt.

Natuurlijk ware het, zoals Rudi Boudrighien van GBIC rustig opmerkt, eleganter geweest vanwege de meerderheid om ook een paar raadsleden van de oppositie in die vergadering mee te nemen. Rudi trapt daarom echter nog niet zomaar in de mediatieke val van Tack. Met zijn compaan van GBIC Erik Van Der Eedt blijft hij rustig zitten en formuleert liever duidelijk naar de meerderheid wat elke rechtgeaarde burger in feite hoopt: Alemoele Tuupe vuir Roonse. Dat ware inderdaad beter dan dit stereotiepe spel van meerderheid versus minderheid.

En het klopt natuurlijk ook volkomen, zoals Patrick De Dobbeleer het nog even krachtig formuleert voor zijn opstappen in het kielzog van Tack, dat je bezwaarlijk van een stedelijke algemene raad kan spreken als alleen de meerderheid daar haar pionnen in heeft. Maar zelfs een ‘Absolute Beginner’ in het politieke wereldje kent The Name of The Game. Je hoeft Machiavelli’s ‘Il Principe’ niet gelezen te hebben, om te weten dat het in politiek gaat om macht en netwerken in beleidsorganen.

Het eindeloze filibusteren, dwarsliggen, zagen en neuten van Erik Tack is ook al niet van die aard om je er als bestuursmeerderheidsploeg toe aan te zetten afremmende obstructiepolitiek mee te nemen in de organen van je gemeentewerking. Hoe zou je zelf zijn?

‘Ge zijt niet christelijk meer. Ge zijt niet Vlaams meer. En nu zijt ge ook niet democratisch meer’, sneert Tack nog naar Jan Foulon en Luc Dupont. De verkiezingen naderen. Tack die de CD&V de les leest in democratie…

Fatal Attraction

Erger nog is dat de VLD zich hier andermaal het gras voor de voeten laat graaien door Tack. Elke waarnemer ziet het namelijk gebeuren hoe Tack van zijn stoel opstaat, recht naar de VLD-fractie toestapt, er de liberalen even gaat opsmijten hem pink op de naad te volgen. Pijnlijk. Heel pijnlijk.

Het wordt hoogtijd dat de VLD met Rudi Boudringhien werkt aan de verzoening en de heropstanding liever dan The Pied Piper Tack achterna te hollen. Willen de jongens binnen vier jaar niet totaal als bidsprinkhanen opgepeuzeld worden: na de fatale attractie in de Vlaams Belang-vrijage.

De ervaring en de constructieve houding van Rudi Bourdringhiens‘ GBIC dwingt daarentegen respect af tegenover dit anti-politieke geklungel van de VLD-bescheurfractie.

Tom Deputter moet dan nochtans weten dat hij dan zijn punt binnen heeft rond zijn eerdere vraagstelling over de parkeerroutes. Schepen Joris Vandenhoucke heeft hem immers zonet bij het begin van de zitting alle gegevens beloofd (meteen na de zitting) die hij altijd al wilde over de briefwisseling tussen Ronse en de hogere overheid daaromtrent. Deputter moet, als hij een beetje geïnformeerd wil zijn, ook al weten dat Joris Vandenhoucke als loyale beleidsman hier de weg van de redelijkheid bewandelt. Geprangd als hij zit in het Kafkaiaans kluwen van de briefwisseling tussen bevoegde ambtenaren van Ronse en Brussel.

Helaas. De agenda van Tack blijkt van groter Belang dan die van de eigen conctructieve VLD-oppositie. Zoveel is nu eenieder wel duidelijk: in de Ronsese raadszaal zitten de liberale Muppets het dichtst bij Tack.

Ronse For Kids

Dat je van een meerderheid bezwaarlijk kan verwachten dat ze aan zelfkastijding doet, blijkt bij het voorlaatste puntje voor het vertrek van Tack en zijn gevolg. Punt 12 gaat namelijk over de inrichting van speelstraten. Is dat wel nodig, speelstraten, zo vraagt Tack zich af? Dat kinderen op straat spelen dus.

Van deze merkwaardige man is uit eerdere interpellaties al geweten dat hij het er sowieso al moeilijk mee heeft dat kinderen in het bruulpark rondhangen als hij zelf terugkeert uit Brussel na een uitmuntend avondje superieure Wagner in de Brusselse Muntschouwburg...

Schepen Suzy Arijs somt niettemin geduldig als steeds alle maatregelen op die ze bij het invoeren van die speelstraten vanaf augustus neemt om de veiligheid en de mobiliteit te garanderen. Op naar een kindvriendelijke stad. Waar de Brul for Kids vrijdag doorgaat in de kleurrijke omgeving van door kinderen zelf geschilderde schoolramen…

In gleuboo…

Met alle geduld van de ervaren beleidsvrouw die ze is, zal Suzy Arijs later op de avond ook nog eens consequent en vanuit een stevige dossierkennis (in afwezigheid van Tack dus) haar antwoord toelichten op diens geplande bijkomende vraag over de terugbetaling van het remgeld voor het baarmoederhalsvaccin.

Fractieleider van de CD&V Diederik Van Hamme laat hier andermaal een kansje liggen om wijselijk te zwijgen… Hij vraagt zich integendeel af of zo’n terugbetaling wel de taak van de stad is. Een vraag waarover in se misschien wel wat te zeggen valt maar die we hem als arts zeer helaas niet hoorden stellen toen het ging over het gratis parkeren voor dokters bij spoedgevallen… Doch verre van ons om hier te stellen dat de CD&V hiermee bovendien nu ook al niet meer sociaalvoelend zou zijn.

Misschien kunnen we het beter hebben over de dingen die er voor de Ronsenaars toe doen. Voor het derde jaar op een rij komt het bestuur met een positief algemeen begrotingsresultaat van de gewone dienst voor de proppen. Meer dan 5 miljoen terwijl nog eens 3.729 116 euro wordt overgedragen naar de buitengewone dienst voor investeringen en reserves.

‘In gleuboo’, zo verduidelijkt schepen van Financiën Pol Kerckhove die het altijd wat moeilijk blijft hebben met kerklatijn, werd er in 2007 voor 4.234.022 investeringen gerealiseerd. Waarvan 1,35 miljoen voor de sportzone, ruim 700.000 voor de wegen en de openbare verlichting en bijna 412.000 euro voor aankopen in het kader van de strijd tegen verkrotting.

Nog eens 1.726.262 euro ging naar vervroegde schuldaflossing en leningen aan Gaselwest en KSK. De investeringssubidies aan derden (de kerkfabriek van St.Martinus, Vreugdevol en het Handelspandenfonds namen in totaal 756.361 euro voor hun rekening.

Er vielen in 2007 ook merkbaar betere prestaties te noteren dan in 2006 voor waterexploitatie (+ 108.349) en het onderhoud van riolen (+656.937). Dat kon voor het eerst worden doorgerekend aan de TMVW die in 2006 het rioleringswerk van de stad overnam. Een resultaat dat Aquariobaas Gunther Deriemaker de glimlach van de avond oplevert. Tja, de ene rioolpolitiek is de andere niet.

Tuupe vuir Ronse? Eerst zien en dan geloven.
Volgende raadszitting op de eerste schooldag. Na de herexamens.


(Onze goede schrijfkameraad Koen Lauwereyns van Het Nieuwsblad en Ronse Blogt vereeuwigde gisteren op bovenstaande foto de gemeenteraad van Ronse zonder Vlaams Belang & Co.)

30 juni 2008

GRAFFITI


‘Er komen al tweeduizend jaar toeristen naar de Provence. Als we de gangbare statistische maatstaf hanteren – die vagelijk pikante term ’toeristennachten’ – zien we dat het totaal in de Alpes-de-Haute Provence, Bouches-du-Rhône en Vaucluse gezamenlijk tussen de 70 en 80 miljoen overnachtingen per jaar bedraagt.

De overgrote meerderheid van die toeristen is vriendelijk en hoffelijk en wil alleen maar genieten van de zon en het landschap, het eten en de wijn. Toch worden zij door hun critici vaak beschuldigd van van alles en nog wat: van het monopolisieren van restaurants en het aantasten van de plaatselijke cultuur, tot het bang maken van oude vrouwtjes en het eten van ijs in de kerk.

Wat ik interessant vind is dat deze kritiek niet komt van degenen die het volste recht hebben kritiek te leveren – de bewoners van de Provence zelf – maar van andere toeristen. Natuurlijk noemen die zichzelf geen toeristen. Zij komen al jaren in de Provence; zij hebben er misschien zelfs een tweede huis. En zij willen de Provence niet delen met andere buitenlanders, op een paar met zorg geselecteerde vrienden na.

Zij zouden het liefst willen dat de Provence verstarde in de tijd, dat zij bleef zoals zij was toen zij haar ontdekten. Zij wijzen vol afschuw naar het souvernirwinkeltje dat in de plaats is gekomen van de slagerij, de mensenmassa in juli en augustus, de stijgende huizenprijzen, de onvindbare loodgieter die het te druk heeft om bij ze langs te komen, het watertekort, de vreemdelingen die hun favoriete cafétafeltje hebben ingepikt, het steeds drukkere verkeer. Hun tuinman heeft hen in de steek heeft gelaten om te gaan werken voor een bedrijf dat zwembaden aanlegt en hun femme de ménage is vertrokken om een winkeltje te beginnen.

Kortom m’n beste, dit is de ineenstorting van de beschaving zoals wij die kennen. En het is allemaal de schuld van die vervloekte toeristen. Nu zijn er inderdaad delen van de wereld die zo intensief geëxploiteerd worden dat het er niet meer om uit te houden is, maar daar hoort de Provence niet bij. Zij kan de toeristenstroom heel goed aan. Ja, in de dorpjes die je op prentbriefkaarten ziet staan souvenirwinkeltjes, en in het seizoen is het druk in de straatjes en op de markten. Maar een ritje van tien minuten brengt je van die overbekende dorpen naar een stil platteland dat niet is aangetast door golfbanen, appartementen, kuuroorden of hotels met driehonderd kamers. Als één van de doelen van je vakantie is van rust, schoonheid en eenzaamheid te genieten, zijn die hier in ruime mate voorhanden.’

Uittreksel uit ‘Mijn Provence’. Peter Mayle. Atlas.

(Voor ‘Een jaar in de Provence’ kreeg Mayle, een Brit die in de streek van Ménerbes en Bonnieux ging wonen, The British Book Award ‘Best Travel Book of The Year’.