28 december 2020

BLIJVEN SCHRIJVEN.

VAN EEN ANDERE PLANEET

Met ‘The disconfort of evening’, de vertaling van haar debuut ‘De avond is ongemak’ mag de Utrechtse twintiger Marieke Lucas Rijneveld zich de eerste en jongste Nederlandse International Booker Prize-winnaar noemen.
Schrijven is voor haar een kwestie van leven of dood, wil ze erover kwijt aan Jelle Van Riet in De Standaard. Iets waar al het andere ondergeschikt aan is, tot de liefde en de vriendschap toe. Al haar liefde gaat in het schrijven.
‘Het gevaar van die monomanie is dat het altijd door gaat. Ik slaap al jaren op pillen: even knock-out en dan weer verder. Elke dag opnieuw moet ik het gevoel hebben dat ik iets heb gecreëerd, wil ik me gezien voelen en veilig. Als ik niet werk, heb ik naar mijn gevoel niet echt bestaan’.
Het allerliefste wat ze doet, is vanuit haar ongebreidelde fantasie haar binnenwereld vormgeven, er iets moois van maken. ‘Maar in de avond kan die fantasie ook wel een doem zijn, want ik kan haar niet stopzetten’. Bij het schrijven van haar tweede boek ‘Mijn lieve gunsteling’ schoven waan en werkelijkheid zo over elkaar heen, dat ze er bang van werd. Een pareltje van die fantasie lees ik van haar in 'De avond is ongemak'.
‘Jij komt echt van een andere planeet’ fluistert Moeder'.
‘Ik kijk naar de grond. Moeder kent alleen de aarde. Ik ken alle acht planeten en weet dat er tot nu alleen leven op aarde is gevonden. Mijn Vader At Meestal Jonge Spruitjes Uit Nieuw Lekkerland. Vader gruwelt van spruitjes, maar het zinnetje is een bruggetje om alle planeten te kunnen onthouden...Het zinnetje maakt me ook nietig: we zijn allemaal maar een spruitje in een enorme kookpan’.
Haar bruggetje en mijn verbeelding brengen me bij die acht planeten. Wat Dieter De Cleene er in 'De Kosmos. Het Ontstaan van alles' (EOS Wetenschap) er zoal over weet.
Mercurius: (430°C).
Venus: Het regent er zwavelzuur. Gemiddeld 350°C),
Planeet Aarde: De enige in ons zonnestelsel waar leven is. Tot dusver.
Mars: Dankt zijn rode kleur aan het overvloedig ijzer dat er roest. Dood om oud ijzer.
Sommige wetenschappers vermoeden dat er op Mars leven is geweest. Er wordt naarstig naar sporen gezocht. Wie weet was er ooit een pandemie.
Jupiter: 1300 keer zo groot als de aarde. Het stormt er altijd. Het windeke dat me vandaag belet te joggen in het Kluisbos is op Jupiter dus maar een briesje.
Saturnus: Vooral bekend van de stukken ijs en steen die er om je heen cirkelen.
Uranus: Egaal blauwe planeet. Wel frisjes. Gemiddelde temperatuur -214°C).
Neptunus: Winden: tot 2000 km/u.
Er zijn in het universum ontelbaar veel zonnen. Sommige tot 100 keer groter dan de ‘onze’. Maar waar vandaan komt dat allemaal? Van de oerknal, 13,8 miljard jaar geleden ontstaan uit een enorm heet punt met bijna oneindig grote dichtheid. Bijna oneindig dus.
Wat was er voor die oerknal? Volgens wijlen Stephen Hawking in Star Talk op National Geographic zoiets als ’een imaginaire tijd’, een mathematisch concept-tijd met een totaal andere invulling .
De consequentie hiervan is dat tijd en heelal geen begin hebben. Hiermee pleegt Hawking een aanslag op het ‘kosmologisch godsbewijs’.
Dat is de onder meer door Plato en Aristoteles gehuldigde gedachte dat aangezien alles wat beweegt een oorsprong moet hebben, je god (bij Plato ‘wereldziel’, bij Spinoza god of de natuur) kunt zien als eerste beweger of onbewogen beweger van het heelal. Met zijn imaginaire tijd redeneerde Hawking dus god zélf weg.
Van imaginaire tijd naar imaginair schrijven is het maar een bruggetje. Terug naar de spruitjes pan van Marieke Lucas Rijneveld. Zegt ze over haar nieuw boek ‘Mijn lieve gunsteling’, het troebele verhaal van de veearts uit haar debuut.
‘Zelfs in de duisterste mens is ooit zonlicht geweest’.
‘Een zwart sprookje’ noemt haar redacteur het boek’. Ik beken, in ‘Lolita’ van Nabokov ben ik nooit verder geraakt dan tot waar walging me tot de lippen steeg, me sterker werd dan de algemeen erkende sublieme verwoording van de schrijvende grootmeester.
Veel kans echter dat de jonge Rijneveld me nu, via haar ‘lieve gunsteling,’ eindelijk over die walging heen helpt en ik Vladimir zijn iconische Lolita nog maar eens probeer uit te lezen.
‘Blijven Schrijven’.
Dagboek

BLIJVEN SCHRIJVEN 

PETITE HISTOIRE.

Ronse is noch het Land van Ooit, noch Parc Bilinguix. Ronse is een stad van de wereld. Die van de jonge Ronsenaars nu en morgen.
Ronse-Renaix, fifties. In de Familia zingt Jacques Brel ‘Les Bourgeois’ pour ces gens-là: met hun Studebaker, hun patriciërswoning, hun 'petit écran en noir et blanc avec Rin-Tin-Tin dedans'. Vastgeroest zitten ze in hun certitudes, opgesmeten door voorgekauwde waarheden uit de Pourquoi Pas?
De Vlaamse Ronsenaars zijn sinds Leo Vindevogel hopeloos verdeeld, trekken op Rerum Novarum naar Wittentak, achter vaandels van Den Tap. De socialisten hangen tussen die twee werelden in, marcheren met alle trekzakken van de accordeonschool vanuit het Feestpaleis naar het Malanderplein.
Kristen Volksbond voor de Vlaamse katholieken. Patria pour les ‘bons pères de famille’. (Papaoutai). Harmonie voor blauwe goddelozen. Fiestpaloas voor rooie metselaars en maçons. Met zijn allen tuupe tegen elkaar.
Onderweg van vroeger naar nergens. Achter maskers van gestolde almacht. De schone schijn statuskikker te zijn in De Ronsenaar, Le Ralliement, Le Courrier de Renaix, Le Journal de Renaix, Voor Allen, De Verbroedering.
NIVEAU ZERO.
Ronse-Renaix, early sixties. Emile Cuvelier ziet het gat in de kiezersmarkt, duikt Omer Van Oudenhove achterna. ‘Mon parti c’est mon pays’ wordt in het Ronsies: 'Renaix -Bilingue'
Tweetalig zal het Collège Saint-Antoine de Padoue alvast nooit meer zijn. De Franse klassen worden jaar na jaar 'uitdovend’. Schoolmakkers en speelkameraden verdwijnen naar Anvaing. 'Adieu, biroute'.
De nieuwe taalgrensregeling houdt Ronse in de klem en onder de duim. Verboden te fusioneren. Vergeten te ontsluiten. Treinverbindingen? Welke treinverbindingen? , De Passerelle? Welke passerelle, Beerie?
Vergeten wordt vooral de onontbeerlijke Ring rond Ronse: minder dan twee kilometer (2km) van boven de Kruissens tot aan de Steenweg op Leuze. De A8 toont zijn rug aan Ronse.
Résultat des courses? Plundering van alle Ronsese nutsdiensten. RTT. Reddy Kilowatt. Vredegerecht. Belastingdienst. Post sorteercentrum. Ronse wordt de Koningin der foute lijstjes. Hoogste werkloosheid. Laagste fiscaal inkomen.
De ‘textiliens’ verkopen hun fabrieken als lofts 'en pièces détachées’. De wevers verlaten hun koertjes en gangskes, trekken naar de sociale stadswijken. Centrale verwarming, comfort.
Ronse deemstert weg in het labyrinth genaamd België. Met hun profileringsdrang, hun egotrips en hun onderling gekibbel houden de Ronsese politieke ‘tenoren’ hun stad al die tijd zélf vleugellam. Het is altijd de schuld van de anderen.
Dat wederkerig schelden gaat ondertussen maar door. Tot vandaag, hier op de sociale media. Bagger, haatpraat, dreigementen, verdachtmakingen. Elke poging tot sereen debat stuit telkens weer op oude rancunes en verwijten. Niveau Zéro.
Het halfslachtige taalstatuut brengt Ronse niks dan ...halfslachtigheid. Ronse verdampt in de politiek van en voor elders, gevoerd met de stemmen van de Ronsenaars. Massa’s lokale parlementsleden met elk een vet parlementair pensioen, dat wel. Doch zonder eensgezinde Ronsese agenda noch plan voor Ronse, die naam waard. De illusie van (vaak eentalige) ‘tweetaligheid’ zorgt voor een instroom van gelukszoekers, kansloos op de arbeidsmarkt, klaar voor de werklozenvalkuil.
ALLEMANSLAND
NIEMANDSLAND.
De eurosubsidies en de miljoenentransfers vloeien vlotjes naar nieuwe bedrijvenparken in het Frasnes van Ronsenaar Jean-Luc Crucke en het Doornik van geboren Ronsenaar Rudy Demotte. En nog is de bodem van de kelk voor de Ronsenaars niet helemaal geledigd. Zware Coronaravage zit er nog aan te komen. Faillissementen worden nu nog even uitgesteld. Dagboeken signaleren rechtstreeks van onder de radar diepe Ronsese armoede.
De Titanic zinkt,
het orkest speelt
Dirty Old Town.
Terwijl eenieder hard blijft schreeuwen en schelden om het eigen grote gelijk zijn de laatste baronnen van Ronse al lang weg naar Vevey, Monaco, Knokke- Le-Zoute , Sint-Martens-Latem, Riviera.
Of ze hebben zich zelf weg verloederd in hun decadentie, gelijk neergaand met de ondergang van hun oude paleizen, hun bouwvallige fabrieken hun megalomane briefhoofden.
De vorige politieke generaties hadden noch de klasse, noch de grandeur om als Ronsese gekozenen samen tuupe ensemble Brussel duidelijk te maken dat de grondwet gelijk zegt te zijn voor alle Belgen, behalve voor Ronsenaars. Die mogen minder dan de anderen. Verboden te groeien en te bloeien.
Als Ronsenaars mogen we alleen maar systematisch geplunderd en kaal geplukt worden door onze lieve buren van fusie Oudenaarde en fusie Frasnes. We weten aldus alvast hoe het hier al vijftig jaar niét werkt en niet moet.
Maar het kan en zal verkeren. Hoop doet leven. Op naar een ander en beter Ronse. Aan de jonge generaties Ronsenaars van nu en morgen om één keer en voor goed dat totaal onwerkbaar Brussels keurslijf daterend van vorige eeuw af te gooien en het tij te doen keren. Liefst met een ambitieus inhaalplan voor Ronse
Falen is geen optie.
Hebben we al gehad.
Alle haatcomments
en bagger evenzeer.
Zoals een hoofdredacteur uit mijn vorig leven zijn redactievergaderingen pleegde af te ronden: 'U heeft het recht mijn mening te delen'.
Blijven Schrijven.
Dagboek.
25.12.2020.