22 maart 2011

RONSIES RARITEITENBOEK (46)

DE PLOEGE VAAN RONSE

Hardnekkige kwaal die Ronsenaars al eeuwen treft en nog immer ravages aanricht in de binnenstad bij alle lagen van de bevolking. Ze sluipt als een giftige slang door de stad. Wie ze heeft meegebracht, daarover bestaan noch wetenschappelijke zekerheid noch aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid. De Heilige Amandus die Ronse meende te moeten bekeren? De kanunniken van de Oude Vrijheid die Ronse meenden te mogen beheren? Childeric, de koning der Franken die zich vanuit het Henegouwse toen al meende te moeten moeien met Ronse in plaats van met zijn eigen Lutosa- schatjes van patatjes? De woedende Noormannen die per Drakar langs de Schelde naar Ronse afzakten (alle onheil komt voor Ronsenaars altijd van aan de Scheldekant) om hier de Ronsiese deernen te besmetten met de venerische pest van Wodan en de venerabele kwalen van Odin? Peterken het Kluizenaarken die vanuit Amiens op zijn ezel een geur van geiligheid over Ronse verspreiden kwam? De parmantige en gepermanenteerde Jacques de Chatillon door de Ronsenaars bijgenaamd ce couillon de Chatillon? Flagellanten die met hun sado-masochistische gedragingen van het mooie vredige Ronse het Sodomma en Gommora van het Graafschap Vlaanderen maakten? Karel van Charolais, artiestennaam Karel de Stoute die heel opvliegend van aard was en in onbewaakte momenten riskante initimiteiten met een hele stapel Charolais niet schuwde? Of was het Margarata van York die besmet geraakte door de verdorven fijne vleeswaren van haar hartsvriendin Margareta van Parma? Wie zal het zeggen?


Waaraan herken je de Ziekte van Ronse? In deze handleiding voor Ronse een beschrijving van de meest voorkomende symptomen. Als je een Ronsenaar lusteloos aan de hoek van de tafel of aan de toog ziet hangen, zwaar en vermoeid steunend op de linkerelleboog, consumptie ietwat labiel ter mondhoogte, het schuim op snor en bovenlippen en hem volgende monoloog hoort debiteren, dan heeft hij, twijfel er niet aan de Ziekte van Ronse en moet je maken dat je snel wegkomt wil je tenminste zelf niet besmet geraken. Want ze werkt zeer aanstekelijk voor beïnvloedbare kwetsbare zielen.

‘Daat ’n goet noejt nie marcheiren zeu!’
(Over om het even welk constructief initiatief).

‘Wie poast hie wui daat hie ees? Hie nees nie beiter oof weure!’
(Bij hardnekkige volharding van de dappere initiatiefnemer).

‘Bloaven duren, daat ees noog ’n ander lietsie!’
(Bij succes van de initiatiefnemer).

‘Ziedet! Hoe'k het oa nie gezoad?’
(Bij mislukking van de initiatiefnemer).

De Ziekte van Ronse. Duizenden Ronsenaars zijn er al aan kapot gegaan. Het begint met psychosmatiek gaat over in depressie en dramatiek en eindigt in tragiek. Generaties lang. Hoe eraan te ontsnappen? Hierna de tot dusver meest doeltreffend gebleken remedie.

BEHANDELING TEGEN
DE ZIEKTE VAN RONSE


Men mijde elk constructief initiatief.
Men schuive een barkruk onder de kont.
Men nestele zich lamlendig aan de hoek van tafel of toog.
Men leune zwaarmoedig op de linkerelleboog.
Men oge droevig, men spreke doemdenkerig, samenzweerderig.
Men verheffe de consumptie, het schuim op de lippen.
Men fluistere en zuchte met cynische grijns:

‘Daat ’n goet noejt marcheiren zeu!’
(Over om het even welk Ronsies initiatief).

‘Wie poast hie wui daat hie ees? Hie nees nie beiter oof weure!’
(Bij hardnekkige volharding van de dappere initiatiefnemer).

‘Bloaven duren, daat ees noog ’n ander lietsie!’
(Bij succes van de initiatiefnemer).

‘Ziedet! Hoe'k het oa nie gezoad?’
(Bij mislukking van de initiatiefnemer).

RONSIES RARITEITENBOEK.
Handleiding voor Ronse.
Copyright Stef Vancaeneghem.