18 mei 2009

DE BENIEUWDE RONSENAAR

KRONIEK VAN DE GEMEENTERAAD
ZUMBA VAN ZALM MET KAASKROKETJES


Als was het voor De Kreuners in Ronse Op Scène. Het stadsbestuur zet voortaan de grote geluidsmiddelen in. Megamateriaal van Lucasound. Geluidstovenaar Rudy Baguet himself wordt ervoor opgevorderd met zijn gigantische mengtafel. Overal worden indrukwekkende microfoons voor de neuzen van de raadsleden gedropt. Groot en sterk genoeg om Benedictus XVI de menigte mee te doen zegenen op het Sint-Pietersplein. Urbi et Orbi. De ingehuurde apparatuur geeft de raadsleden sebiet grote goesting om oeverloos zichzelf te beluisteren. Bijgevolg serveren ze ons drie uur ononderbroken zaging en chicaneren ze tegen de kale muren op. Ik denk dat we maar beter meteen terugkeren naar de tijd toen we hen nauwelijks horen konden.


Na eindeloze rondjes stemmen van reglementen, statuten en meer van dat lekkers dat mijn lege maag doet verlangen naar ‘ne piestolei mei smierpatei’ gaat Christiane Modde voor de eerste grote performing act van de avond. Als La Esterella in The Carnegie Hall omklemt ze met beide handen de microfoon. Een heel erotisch geladen gebaar.

‘Als Marktkrameresse ben ik geboren!’ zo begint ze haar treurzang. ‘Gij weet niet wat dat is, de markten doen. Met een camion vol tulpen uit Amsterdam.’

Modde ziet in het verglijden van het Ronsese marktgebeuren de spiegel van de algehele verloedering der maatschappij. Ze heeft heimwee naar vroeger. Modde is voor De Oude Orde. De Nieuwe deugt (alweer) niet.

‘De orde in de maatschappij is niet meer wat ze geweest is. Punt.’

Christiane Modde zet achter al haar zinnen nu een punt. Dat ze dan heel punctueel telkens weer uitspreekt.

‘Ge verstaat mij niet. Punt.’
‘Ge hebt nooit op de markt gestaan. Punt.’
‘Ik zeg u dat ge de boot mist. Punt.’
‘Uw redenering klopt niet. Punt.’

De initialen van Steve Stevaert

Erik Tack is hoogst verontrust over het imago van Ronse op het niveau van een buslading toeristen uit Zoersel. Hij heeft van horen zeggen van iemand die het gehoord heeft op café dat een Ronsese stadsgids aan de mensen van Zoersel gezegd zou hebben dat Ronse, houdt u goed vast: een-twee-ta-li-ge-stad-is. Doux Jésus! Quelle horreur!

‘WE ZIJN EEN VLAAMSE STAD!’
‘WETEN DIE STADSGIDSEN DAT DAN NIET!
‘ZEG HET HEN DAN BURGEMEESTER!’

De boxen van Lucasound dansen de Zumba in alle hoeken van de raadszaal. De retours geven trillingen tot in 'De Acte' waar de ijsblokjes on the rocks gaan en uit de Martini's freaken.

In punt elf verzoekt schepen Nedia Gmati-Trabelsi de raadsleden het met haar eens te zijn omtrent komende projecten inzake samenleven in diversiteit. Erik Tack is het daar bijgevolg nièt mee eens. Erik Tack zet achter alles uitroeptekens. Die hij telkens uitschreeuwt.

‘DIVERSITEIT! DAT IS NIET HET ANTWOORD OP DE MAATSCHAPPIJ VAN MORGEN! INTEGRATIE! WE STEMMEN TEGEN!’

In 'La Différence' jumpen de gegrilde scampi’s bij deze bangelijk weg van hun vredig bedje pasta. Mijn honger neemt nu gruwelijke proporties aan. Er dient alweer gestemd te worden voor een of ander mandaat. De kandidaat van de meerderheid is Bjorn Bordon. Die van de oppositie Dirk Deschaumes. DD tegen BB! zegt Tack. En hij vindt dat hoogst grappig.

Bjorn Bordon: ‘Beter BB dan SS.’
Erik Tack: ‘Gelijk d’initialen van Steve Stevaert!’

Toeters en bellen

Vraag van Tom Deputter. Hoe zit dat nu feitelijk met die Eurometropool? Gaat Ronse daar nu in mee, of wa? Tom Deputter heeft zijn mauve Anderlechthemdje al aan in afwachting van de eerste testmatch donderdag. Luc Dupont serveert ons de lange lijst van zijn interventies omtrent de Eurometropool. Al meer dan twee jaar sturen de Eurometropolieten, onder de slaapverwekkende leiding van Sabine Lahaye, hem van het kastje naar de muur. Ze moeten daar nog altijd eerst een keer bijeenkomen om een bureau samen te stellen dat de kandidatuur van Ronse in ontvangst nemen kan. Goed bezig.














Dirk Deschaumes wendt listig een simpele en correcte vraag van Rudi Boudringhien omtrent de veiligheid bij huwelijksclaxonstoeten aan voor de gebruikelijke eigen extreme interpretatie.

‘Al dat getoeter. Wa moeten de mensen peinzen? Dat het hier Casablanca is?'

Wat er dan eigenlijk mis is met een stad als Casablanca, houdt hij allicht in petto voor een volgende zitting. Nog andere vragen leren ons dat het Rijksarchief wel degelijk dicht gaat.

Iemand wil weten waarom er bij een overval vorige week een beroep is gedaan op de politie van Brakel. Tja, ge kunt als politiekorps van Ronse niet tegelijk met uw velo voor het goede doel vijftig keer de Ventoux op fietsen en tijdig terug zijn om ook nog ne keer op de Kloef te gaan interveniëren.

Van de Kloef gesproken: tegen 2010 worden daar de eerste van de 225 betere huizen neergezet. Met twee jaar vertraging. Om te beginnen. Volgens de plannen wordt het daar zo te zien een beetje gelijk in Casablanca.

De Nieuwe Brandhaard

Omtrent de recente onthullingen door 'Het Nieuwsblad' over brandblussers die niet deugen in blokken III en IV van 'De Nieuwe Haard' houdt Luc Dupont de paraplu boven het hoofd... van de directie. Dat is wijs van hem. Die directie heeft immers nog altijd de kans niet gekregen om zelf ook eens haar deel van het verhaal te doen. En daar valt ook nog een en ander over te schrijven in de gazetten. De negligentie komt niet noodzakelijk van wie je denkt. De brandkranen worden daar ook wel eens voor andere dingen gebezigd. Bovendien is 'De Nieuwe Haard' volgens Luc Dupont volop bezig met nieuwe dingen. Dat mag ook eens gezegd en geschreven worden. Enfin, volgende week is het daar raad van bestuur. ’t Is hier dus nu noch het moment noch de plek om lastige kwesties op te lossen, vindt Luc Dupont. Ze mogen wel worden aangekaart. Maar elk zijn bevoegdheden. Hem moet je niet komen vertellen welke verantwoordelijkheid hij draagt in verband met de brandveiligheid in de stad. De commandant van de pompiers heeft het trouwens allemaal eens nagetrokken, op zijn verzoek. Alles is daar nu onder controle.

Erik Tack vindt dat niet genoeg. Hij jaagt het mengpaneel van Lucasound nu helemaal in het rood. In 'The Look' slaan palingen die het nog niet waren groen uit.

‘GE WILT HET HIER VERBLOEMEN!’ ER IS AL VEERTIEN JAAR GEEN CONTROLE MEER OP BRANDBLUSSERS! ER KOMT DAAR ZELFS GEEN WATER UIT DE WATERDARMEN!’

















Het mengpaneel van Lucasound begeeft het finaal. Er ontstaat brand. De nieuwe lift smelt weg. De brandblussers blijken het niet te doen. Dit vanwege al tien jaar niet meer gecontroleerd. Het stadhuis van Ronse brandt af. Brand in Ronse en daar is geen water. De oproep naar de hulpdiensten geraken niet door vanwege een spijtig defect aan de automatische centrale. Het slaat al tegen. Ien Ronse ees dat iet.

Op mijn vlucht door de verduisterde wandelgangen loop ik per abuis de stadssecretaris tegen het lijf. Ik complimenteer haar voor de nieuwe geluidsinstallatie.

‘Te n'ees tooch noog dat niet', zucht ze bescheiden. Ik troost haar. Tegenover zoveel extreem verbaal geweld zijn alleen de Wagneriaanse helikopterboxen uit 'Apocalypse Now' gewassen. Maar ze willen hier voor de rest dus wel geen claxons op huwelijksfeesten van de Ronsese Casablankezen... Ik denk dat ik maar eens een reisje boek naar rustiger oorden. Casablanca lijkt me wel wat.


(Foto's vanop Sint-Hermes: met dank aan Frank Waeterloos).

DE BENIEUWDE RONSENAAR

HET RONSESE BORDENSPEL

Vrijdagnamiddag.

In een mailtje vraagt Pol Kerckhove of het mij derangeert dat hij een verkiezingsbord van hemzelve voor mijn haag komt planten. Hij doet dat op de hem bekende nonchalante wijze en signeert schalks: ‘De god van de ruue’. Pol verwijst daarmee fijntjes naar de glansrol als God de Vader die hij con brio weggeeuwde in ‘Tavi in ’t Paradijs'. Tegelijk alludeert hij op de rol van godfather die ik hem graag toebedeel in het Ronsese socialisme van achter de schermen.

‘Gien problem, godverdomme', schrijf ik hem terug. 'Tuupe vuir Roonse'. Sterk aan Pol vind ik zijn Cuvelierkantje. Over hem (als politicus welteverstaan) kan je schrijven wat je wil, hij neemt het je nooit persoonlijk kwalijk. Anderen die mij om mijn geschriften en fidele vriendschappen liever zien doodvallen, kunnen er wat van leren. Pol laat het allemaal van zich afglijden, niks lijkt hem te deren. Net een canardke van den Bruul, weelderig gevoederd onder toezicht van een Gemeenschapswachter.

Zaterdagvoormiddag

Met zijn zware Jeep en een plakploeg vraagt provincieraadslid Jean-Pierre Stockman waar hij het gezicht van Pol neerpoten kan. ‘Waar ge wilt. Maar niet voor dat kapelleke in mijn hofke,’ zeg ik. Bijna voeg ik eraan toe: ‘Geef God wat Pol toekomt', maar ze zijn al in de weer met hamers en touwen. Pol wordt opgesteld links van de kapel,bekeken vanaf de straat. Vanuit mijn bureau zie ik hem heel bijbels staan pronken aan de rechterhand van de vader. ’t Is dus maar vanuit welk perspectief je het bekijkt.

Zondagmiddag

We vieren de mama’s in de tuin. Er daagt een plakploeg op van de CD&V aangevoerd door Jan Foulon en kandidate Brigitte Van Houtte. Of er nog een bord bij kan? 'Er is genoeg voor iedereen', bedenk ik al te zeggen. Maar ze bedoelen een verkiezingsbord van Brigitte. 'Natuurlijk. Geen probleem,' zeg ik, Deze keer evenwel zonder godverdomme erbij. Je moet je wereld kennen. ‘Als het voor de ene kan, moet het voor de andere kunnen’, zeg ik. (Zeker voor de tsjeven, de partij van mijn bompa op zijn bankje die nu over mijn schouder meekijkt, mij aanport).

Overigens vind ik die Brigitte als schrander mens een aanwinst voor de Ronsese politiek van morgen. Ik zie ze al met gemak binnen drie jaar meegaan in het Ronsese bestuur. Dit is voor haar een opwarming bij de kiezer. Want laten we mekaar niks wijsmaken: op plaats zeventien maakt ze geen enkele kans verkozen te worden op de Fiertel. Goed, we drinken een glas, keuvelen wat. De kids voetballen voort. Anders dan Brian Ruiz scoort mijn kleinzoontje feilloos de ene penalty na de andere. Hij is een fan van Standard. En ondertussen komt Brigitte langs de straatkant tot leven aan de rechterkant van de kapel. Jan Foulon poot haar neer op veilige afstand van de rode goddeloze god.

Afgelopen week

Op de markt en in de supermarkt worden we nu aangesproken op de borden. Zijn we rooie geworden misschien? Zijn we dan geen Volksbonders en Patria’s van huize uit? En de blauwe? Waar blijven de blauwe? Dan, in cauda venenum: ‘Hoeveel brengt u dat op?’ 'Een zak patatjes en een bundel porei', grap ik hoewel. Ze zouden nog durven. Van Brigitte wil ik wel een bees (nee geen Judaskus) en van Pol een Roden Bach in 'De Acte', mij persoonlijk met schuim geserveerd door zijn kameraad de plakkatenzetter Jean-Pierre.

Zondagmorgen

Brigitte Van Houtte ligt ondersteboven. Tijdens onze nochtans schaarse nachtrust blijkt ze over de haag te zijn getild door een concurrerende ploeg. Pol staat er wat verderop ongeschonden glunderend op te kijken. Het kan mijn gedacht zijn, maar ik heb de indruk dat zijn lachje op de affiche nog iets breder is dan gisteren.

Brigitte zelf kan ik niet bereiken om de schade aan haar lichaam te signaleren. Ik meld de ravage aan Jan Foulon. Het ware wenselijk, zo voeg ik eraan, toe dat Brigitte snel in haar waardigheid en ere wordt hersteld. Nu ligt ze daar maar languit op het voetpad. Als vrouw van de straat riskeert ze onder de voet te worden gelopen.

Zondagavond

Na onze zondagwandeling blijkt de ravage aan Brigitte alweer ongedaan gemaakt. Ze staat weer overeind, met een glimlach om te koesteren. Gelijk die mama met haar CD&V baby. God slaat niet, of hij zalft. Ik durf echter niet doordenken hoe lang Brigitte deze keer overeind blijft. Zoals ik er evenmin op doordenk wat ik als Ronsese chauvinist morgen ga doen als mijn blauwe kameraad Marnic De Meulemeester mij op zijn beurt mailt met de vraag of ook hij hier voor mijn haag… Marnic mag dan wel een best geschikte kerel zijn, hij is en blijft nu eenmaal de burgemeester van godbetert…Oudenaarde! En ‘Tuupe vuir Ronse’ met de burgemeester van Oudenaarde, dat ware er pas helemaal echt over. Tot dusver houdt Marnic zich echter gedeisd. Maar misschien komt het nog. Dan zal ik niks anders kunnen, in het teken van het freedom of speech, dan het paard van Troje, pardon van Oudenaarde, voor mijn eigen staldeurke te halen. Ik verzeker je, dierbare lezer, dat ik in dat geval bij Marnic zware toegevingen voor Ronse ga afdwingen. Het verlieslatende ‘Centrum voor de Ronde van Vlaanderen’ mag hij houden, zijn gevangenis ook. Een kanaaltje Ronse-Schelde mischien. Oh ja, de slimmerds uit mijn omgeving dagen me inmiddels ook uit met de vraag wat ik ga doen als Erik Tack morgen een plakkaat komt aandragen. Hij mag het gerust komen placeren, stel ik eenieder gerust. Elk heeft recht om voor zijn kapel te preken. Al staat die kapel dan wel in mijn tuintje.
Maar van dat kapelletje zelf moeten ze met zijn allen wel afblijven. Want als ‘de god van de ruue’ hier de passie preekt, tuimelt Brigitte van haar bord en vallen alle ganzen van het Bruulpark op één nacht dood.