27 oktober 2021

BETOVERINGEN (25).

ZE VRAAGT
KUN JIJ
NOG DROMEN.

Je ne t’entends pas très bien, il y a si longtemps. D’où m’appelles tu? D’où vient ce besoin si pressant de m’écouter soudain? Les poules auraient-elles des dents? Ma voix t’a-elle manquée? Ce serait une belle journée. Et il n’y en a pas tant. Je sais me contenter de petites choses á présent. On enterre ceux qui meurent, on garde les bons moments. Chacun poursuit son chemin avec ce qu’on lui a donné. Tu ne m’as pas dérangé. Je ne suis pas pressé tu sais, je prends mon temps. Tout est si compliqué. Tout me paraît si différent. On ne refait pas sa vie, on continue seulement. On dort moins bien la nuit. On lit plus longtemps. On écoute patiemment de la maison les bruits, du dehors l’effondrement.
*
Betoverd ben ik door deze tekst van Philippe Djian voor Stéphane Eicher recht vanuit het bestaan dat het zijne is, het mijne had kunnen zijn.
Al dat doodgaan. Al dat verlies om me heen. Al dat stil wegdeemsteren van ooit door mij gekoesterde tijdgenoten, diep bewonderde persoonlijkheden.
Het grijpt me naar de keel, het wordt me 'trop is teveel'. Ik wil terug naar de kust zoals in dat lied. Naar elders, naar ergens, naar nergens. Het heeft me goed te pakken. Het zal het vallen van de bladeren zijn. De tijd van de kerkhofblommen. De opstoot der tederste herinneringen.
Op het scherm zie ik Brusselmans, de meest breedgesmoelde en getalenteerde aller schrijfbroeders, met eeuwig beroemden uit de fanfare van kleine honger en grote dorst verstillen tot droevig hart, radeloos verloren in dankbare herinnering aan Vosken. Hij, Luc De Vos het ‘teder klootzaksken’. Met zijn Mia, zijn Anja, zijn Veronica, zijn lieve kleine piranha.
Dat ik op het lichtend pad en het verkeerde spoor dan toch het enige gevoelskieken niet blijk te zijn, biedt amper troost. Sterren komen, sterren gaan. Alleen Voske blijft bestaan, in de draadloze koptelefoon op mijn lange eenzame schrijftocht.
*
Op het zaterdags jeugdvoetbal van twee generaties dieper zie ik in mijn grootvaderrol vanop mijn zitje in het Orphale Crucke Stadion de wonderboys van morgen in hun wonderjaren van vandaag komen aanstormen naar doel. Niets in het leven is meer het winnen waard dan dit ene volle leven zelf. Forever Young.
On ne refait pas sa vie.
On continue seulement.
Mia heeft nooit afgezien.
Ze vraagt kun jij nog dromen?

(Foto: Yannic Vancaeneghem).