05 december 2007

DE BOZE RONSENAAR


















LUC, DIT MOET STOPPEN!

In de Knack van vandaag leest u mijn paginavullend verhaal omtrent de Renaixance in ‘Het verweer van Ronse’.

Ben ik een naïeve kloot? Ben ik de laatste der Mohikanen? Wil ik alleen het positieve zien? Ga ik voorbij aan de ellende? Bijlange niet. Ik denk integendeel dat veel Ronsenaars met mij nog genoeg van hun stad houden om Ronse niet los te laten: ondanks alles wat hier fout gaat. En er gaan dingen zwaar fout. Tussen droom en werkelijkheid staan gijzelingen en overvallen.

Enkel mijn diepste vriendschap en mijn vlammende verontwaardiging beletten me vandaag om nu al meteen grondiger en dieper in te gaan op de brutale overval waarvan mijn boezemvriend Crépin alias Geert Desmijtere (die u hier al langer lezen kan via zijn link) maandagavond aan de Delhaize het slachtoffer is geworden na een vergadering van de raad van bestuur in de Volksbond.

Gelukkig zonder puur fysieke gevolgen voor Geertje. Al is de psychologische dreun daarom niet minder.

Geert werd door gewapende mannen met bivakmutsen - wapen tegen de slaap en in de nek - gedwongen zelf voor hen zijn bankrekeningen en Visa te plunderen. Wie het hele relaas van die overval aan het Dexiakantoor aldaar in de krant vandaag leest en wie ook eerder dat van de gegijzelde Christian Boulaert genoteerd heeft, krijgt het alleen al koud van het feitenverslag. Wat moet het dan zijn voor wie het zelf beleeft? Je mag dan nog een beresterk man zijn.

Ik wil dus mijn woede eerst laten bekoelen eer ik hier dieper inga op de toestand aan de Delhaize die ik hier eerder al heb aangeklaagd én op de woekerende onveiligheid in Ronse.

Voor het volledig gedetailleerd feitenrelaas van wat Geert maandagavond overkwam - met spoedopname vanwege de begrijpelijke commotie na - verwijs ik naar het verslag van collega Fernand Devos in Het Volk & Het Nieuwsblad vandaag.

Voorlopig hou ik het hier zelf op deze drie bemerkingen:

Een. Namens de tallozen die Geert ‘Crépin’ Desmijtere kennen als auteur,acteur, regisseur, chroniqueur en journalist bij Passe-Partout wens ik onze vriend alle sterkte om deze brutale aanslag op zijn immer minzame maar ijzersterke persoonlijkheid zo snel mogelijk te verwerken. Met al het licht, alle warmte, alle poëzie en alle schoonheid in zijn bestaan. Loin des méchants.

Twee. De politie van Ronse heeft, zo hoor ik, zeer puik werk verricht en doet er echt alles aan om de misdaad in Ronse te bestrijden en onder controle te krijgen. Geef korpschef Roland Schiettecatte en zijn mensen de middelen om het verweer van Ronse ook hier waar te maken.

Drie. De 'Boze Ronsenaar' roept burgemeester Luc Dupont langs deze weg op om voort – zoals hij doet - alles in het werk te stellen om Ronse niet ten prooi te laten aan het banditisme. Het gevoel van onveiligheid, de perceptie ervan, is nu duidelijk ingehaald door de onveiligheid zelf. Dit is erover. Zo kan het niet meer. Zonder in Sarkozytaal te vervallen: Ronse moet weer clean. Het gedoe, die visuele bendevorming, dat rondhangen in wagens en in kliekjes s' avonds aan de Delhaize moet ophouden. Weg met die duidelijke tipgevers van overvallers daar en elders!

Luc, dit moet stoppen. Tijd voor een signaal dat het vertrouwen van de Ronsenaars herstelt. Genieten middenin het groen begint bij de veiligheid en de vrijheid van beweging van de Ronsenaars. Ook s' avonds.