26 februari 2018

SELECTIEF GEHEUGEN

HUGO CLAUS
IN DE VERGETELHEID?

SUITE FLAMANDE...



Naar aanleiding van de Claus-expo's in Brussel en Antwerpen wordt in de krantenbijlagen gesuggereerd dat Hugo Claus nog geen tien jaar na zijn dood (op 19 maart 2008) al een onbekende is op school, werk van hem schaars op de rekken. Marc Didden, curator van de Claus-expo ‘Con Amore’ in Bozar werd zelf door Claus op ons netvlies vereeuwigd als Gigi op de motor, schitterend in ‘Het Sacrament’, de filmbewerking van ‘Omtrent Deedee’. Didden, zelf maker van het incontournable ‘Brussels by night’ gaf Thomas, de oudste zoon van Claus nog les als docent in Sint-Lucas Brussel. Didden heeft zijn ex-leerling nu gevraagd of hij nog iets van zijn vader had dat hij kon bijdragen? Neen dus. Thomas is de zoon van Claus met Elly Overzier uit de periode toen de schrijver met de Nederlandse actrice in Nukerke woonde. Het koppel woonde hier in een vierkantshoeve onderaan Tenhole, een tijdlang bewoond door Paul Béatse (de auteur van de lokale familiesaga ‘De Bé’s) en nog niet zo lang doorverkocht als 'de woning van Hugo Claus' vermelding in De Standaard incluis.

Thomas zelf woont tegenwoordig hier in Ronse. Een beminnelijk en bescheiden mens die nooit en nergens zelf uitpakt met zijn beroemde pa en oude meubelen opknapt aan ‘De Rode Mutse’. Het sleutelverhaal dat hij na diens dood zelf over zijn vader schreef werd door de zelfverklaarde valse pausjes van de literaire kritiek zoniet doodgezwegen dan wel compleet gekraakt en vermaald als zaagsel in de harde vernieling. De rechtmatige onderliggende postume kreet van Thomas om vaderliefde werd daarbij toen straal genegeerd.

Nu na, tien jaar later, krijgt Thomas eindelijk het begrip dat hem toen flagrant ontzegd werd door de literaire mandarijnen van dienst. En dat begrip komt niet van om het even wie. Hilde Van Mieghem, curator van de Antwerpse Claus-expo ‘Achter vele Maskers’ in De Morgen dit weekend : ‘De relatie tussen Hugo en zijn zonen was heel getroebleerd. Ik denk dat Thomas erg geleden heeft onder het gemis van zijn vader. Hugo was geen vader, hij schrijft dat ook in een van zijn dagboeken. Die vrouwen (Elly Overzier, mama van Thomas en Sylvia Kristel, mama van Arthur- svc.) wilden een kind, en hij heeft hun dat gegeven, maar van in het begin maakt hij duidelijk dat zijn werk voor alles zou gaan. Zoals dat bij zoveel kunstenaars het geval is.’ Voila c’est écrit et c’est dit. Een vader missen, dàt ken ik als levenslange vaderloze. Daar bekom je nooit van.

Naar aanleiding van zijn dichterlijke tour Suite Flamande streek Hugo Claus met zijn hele gezelschap ooit neer in het huis van ere-burgemeester van Ronse Orphale Crucke aan de Ommeganck. Het gezelschap: Veerle Dewit, Guido Lauwaert organisator en heerlijk woelwater, dichter Remco Campert, kunstenaar en schrijver Pjeroo Roobjee (de papa van Merel De Vilder beiden woonachtig alhier), Simon Korteweg de toenmalige uitgever van De Morgen. Hugo Claus was toen de alom gevierde Prins der Letteren. Pjeroo kreeg as usual eenieder aan de slappe lach met één van zijn onvergetelijke geïmproviseerde hilarante eindeloos uitwaaierende tafelspeeches. Onder tafel dus. Al kan het bij Campert ook van die ene borrel teveel geweest zijn, tegen het ochtendgloren.

Maar zie alles gaat dus voorbij. Wat blijft er over na het 'Feest zonder einde'? In de ‘Kunst van het ouder worden’ schrijft de Amerikaanse Sandra Lee Bartky over het vergaan van netwerken.

‘Gaandeweg gaan de oorspronkelijke leden van ons netwerk dood of met pensioen. Dan verdwijnt ons circuit of netwerk, of richt het zich op andere onderwerpen. Er sluiten zich jonge mensen bij aan die de organisatie een richting uit willen sturen waar wij het misschien niet mee eens zijn’. De oude strijdbaarheid lijkt te verdwijnen, ook als de problemen die ons strijdbaar maakten nog niet zijn opgelost'.

Zeer herkenbaar voor wie de ravages van dat selectief geheugenverlies in eigen kring en alom capteert. VRT-legende Karel Hemmerechts (de hoogst erudiete papa van Kristien) vertelde me in een interview daaromtrent ooit hoezeer hij onder de indruk was van de filosoof Romano Guardini (auteur van ‘Tijdperken des levens’).

Romano Guardini: ‘Uit dat gevoel van vergankelijkheid, komt ook iets voort dat op zichzelf positief is, namelijk de steeds duidelijker bewustwording van datgene wat niet vergaat, wat eeuwig is. In die mate waarin een mens innerlijke overwinningen behaalt, wordt hij transparant voor de zin der dingen. Niet doordat hij actief wordt, maar door wat hij uitstraalt’.

Geldt compleet voor Claus tien jaar later. Hugo Claus mag dan nog - vijf jaar voor zijn zelf gekozen ‘uitstap’ - in volle glorie getackeld zijn door de eindigheid van het volle leven als hij tijdens de tournee van Saint-Amour in Leuven zijn eigen gedichten niet meer voorgelezen krijgt en van het podium stapt. Op dat moment is zijn oeuvre al geschreven : onomkeerbaar grandioos en groots.

Zo oneindig veel meer
dan dat ene gedichtje
gefluisterd
op het kussen
in het oor van
je geliefde.


Dat leraren er ook maar aan denken hem uit het collectief geheugen te verbannen zegt meer over Het Verdriet van Vlaanderen en de ondraaglijke lichtheid van diegenen die hem zeggen te willen verbannen dan over de banneling zelf .

Leve Hugo Claus in onze diepste Verwondering.

‘Selectief Geheugen’. Digitaal dagboek.
Illustratie: met Claus en Spectator-collega Carlos Alleene op de set van ‘Vrijdag’ in Brussel.
Foto: Johan Vancaeneghem.