20 december 2010

RONSIES RARITEITENBOEK (33)

NE MUUSKLUUT

‘Muussen’ lijkt misschien op ‘vermuussen,’ maar ‘t is hetzelfde niet. Al komt van het een soms het ander. Van d’er mei te muussen, kuinde vel vermuussen. Ne muuskluut is iemand die veel muust. Muussen is knoeien. Ne muuskluut is dus een knoeier. Muuskluten vind je tegenwoordig in bijzonder hoge concentraties bij Electrabel, Belgacom, Telenet en aan de top van de NMBS. Ze muussen zodanig dat je uren van je tijd dient te vermuussen vanwege het lange wachten op hun treinen en hun helpdesklijnen.

Muussen is ook Ronsiese politieke kringen niet vreemd. Een nieuw straatnaambord voor Cyprianus de Rore laten aanmaken door de stadsdiensten. Dat plaatje met veel poeha doen ophangen aan de grote kerk. Het twee dagen later weer doen verwijderen door steeds diezelfde stadsdiensten en het dan niet meer vervangen. Dat is zowel d' ermei muussen als vermuussen.

Soms betekent muussen: vergooien. Van iemand die veel talent heeft, maar er niks van bakt omdat hij lui is, zich laat gaan of zich als topsporter niet soigneert wordt gezegd: ‘Hie heit ermei gemuust.’ Idem voor een rijke erfgenaam die zijn fortuin verbrast.

Maar de eerste betekenis van muussen is en blijft toch: knoeien, voornamelijk bij het knutselen. Zelf ben ik (wat dat betreft) een onverbeterlijke muuskluut. Geef me voor Vaderkensdag een salopet en een nagelnieuwe doe-het-zelf-kit uit de Hubo, de Gamma, de GB en ik begin er sebiet mee te muusen. Schenk me gelijk welke boekenkastset uit Ikea en ik ben goed voor een dagje muussen en vermuussen. Geef me één zelf te monteren parasolleken uit de Weba, ik muusse er zo lang mee tot hij omgekeerd in de tuin poot. Geef me de DVD- afstandbediening, in plaats van op Boemba of Shrek voor de kleine loeties om me heen kom ik uit op : No Signal. Geef me een pizza van Oetker en ik verschroei ze op de verkeerde plaat, bij overdreven temperatuur na een verkeerde insteltijd.

Dit alles ofschoon ik mijn eigen bompa langs moeders kant zijn leven lang van alles met groot gemak en zichtbaar genot in-en voor de lol weer uit elkaar zag knutselen. In een eerste leven was hij timmerman geweest. Net zoals Jozef, de pseudo-papa van Jezus. Een afgedankte tafeltennisplank vertimmerde hij voor ons in een handomdraai tot het vliegdekschip The USS Forestal, met eronder nog de nucleaire duikboot Nautilus en erboven een internationaal spoorwegnet met Alpendorpjes en bergen en daar doorheen allemaal treintjes die wél stipt op tijd vertrokken en arriveerden. Van rommelrestantjes bouwde hij een Pats-poppenkast, een VTV-theatertje, een Scalaatje van Milaan, een Circus Pinder en een kerststal met een kribbe waarin je met gemak zelf kon gaan liggen te stralen als Redder der Mensheid. Van kerststal gesproken: toen dit weekend aan onze one and only Ronsiese kanunnik Dreitie Woof werd gevraagd waarom de Heilige Jozef in die kribbe van de Sint-Martinuskerk ontbreekt, klonk zijn antwoord : ‘Hie ees op boene.’ Ik heb hem niet durven vragen ‘oof daat hie misschiens oop boene waas oom zien zoed op de rotschen te goen vermuussen, lek ôl die muussers in ’t evanzeilie’.

RONSIES RARITEITENBOEK
Handleiding voor Ronse.
Copyright Stef Vancaeneghem.
Illustratie Cyprianus de Rore: Michel Provost.
Foto Peter Malaise/Het Nieuwsblad.