BUSINESS EN POLITIEK
LIAISONS DANGEREUSES
Wijlen kamerlid Rolin-Jacquemijns belde me ooit zelf op de redactie op om me – niet zonder de nodige dosis cynisme - te melden dat ik me vergist had. Dat hij nog wel een pak meer mandaten cumuleerde dan de 163 die ik gevonden had. Monsieur Rolin was baas van de Tiense Suikerfabrieken. Tussen zijn business door deed hij ook nog aan politiek. Zoals je in het weekend golf gaat spelen. De tweede op de ranglijst die ik toen voor Spectator maakte was Vandenboeynants. In zijn vrije tijd premier of minister van Defensie. VDB belde me zelf niet op. Hoefde niet. Hij had daar zijn mannetjes voor op de redactie zelf: met wie hij op de middag aan gymnastique deed. Pour la musculation. (Ik mocht al blij zijn dat ik van hen niet op mijn bakkes kreeg op de binnenkoer van de redactie aan de Koningsstraat).
Toen ik een paar jaren in de Wetstraat aan de slag was, werd ik geacht om me elke maand met nog een paar ‘bevriende persmensen’ op de bovenste verdieping van een building in de Wetstraat te begeven voor een besloten ‘vergadering’. In een salon aldaar zouden we er ‘geheel open en vrijblijvend’ van gedachten wisselen met de bedoeling ‘de informatie te stroomlijnen’ in de diverse media ‘van de beweging’. Het begon geheel vrijblijvend met een gebed in de naam van de vader, de zoon, en de heilige geest.
Aan tafel zaten behalve de grote baas van de Vakbond, de baas van de overkoepelende Beweging, de baas van het Ziekenfonds, de baas van de eigen Bank , een priester gods die proost genoemd werd en zelf nu en dan santé zei, een gecoöpteerd senator van de bevriende partij.
Er werden daar de meest exquise wijnen geserveerd: door dames in het zwart met wit schortje. De eerste keer wist ik niet waar ik het had. Ik dacht terug aan Heilige Communievieringen uit lang vervlogen jeugdjaren. Alleen de paternalistische schouderklopjes, de bel aan de luchters, de pourboires weggestopt in de schortjes ontbraken.
Na een tijd werd me duidelijk wat er precies van ons verwacht werd en vooral: wat niet. In Poupehan en elders elders hadden de heren met de gouverneur van de bank en de bonzen afgesproken hoe ze de gewone man zouden verheffen en het land zouden redden van de ondergang. Ze hadden niks dan goede bedoelingen wat van alle ‘anderen ‘ niet kon worden gezegd. Waarvan akte. Wie buiten de krijtlijnen durfde kleuren, was een kryptogauchist, een anarchist. Enfin, ze hadden er een stoet namen voor. Behalve die ene: journalist.
Business, politiek, sport, media, netwerken, vriendschappen. Het was en blijft een gevaarlijke mix. Politiek staat inderdaad niet buiten, en al helemaal niet boven de wereld. Politici dansen bijgevolg constant op de slappe koord tussen wat hoort en wat er over is. En het is nog niet omdat iets volgens de lettertjes en de interpretaties mag, dat het daarom wenselijk is in politiek. Politici die mandaten verzamelen stellen zichzelf daarom sowieso kwetsbaar op.
Eén voorbeeld. Wie bestuurder is van een sociale woningmaatschappij, weet via het recht van voorkoop, wat er beweegt op de immomarkt. Zo’n politicus doet er dan goed aan zichzelf ver van die immomarkt te houden. Doet hij dat wel, dan wekt hij op zijn minst het vermoeden van voorkennis en belangenvermenging. En ook al primeert in dit land gelukkig nog altijd het vermoeden van onschuld, de collaterale schade bij de perceptie kan voor ravage zorgen die veel groter is - de hele partij beschadigt - dan hetgeen waar het dan in wezen om gaat.
Zoals Johan Vande Lanotte met of zonder die punctuele opmerkingen over dat boek ‘De Keizer van Oostende’ nu ook weet. De schade is geschied. Ze is onomkeerbaar. Ook na het optreden van 'de Keizer' in Terzake. Niets zal er voor hem nog zijn als voor het boek en vooral na die onmiddellijke schorsing van de twee VRT-journalisten die het geschreven hebben.
Ik denk niet dat zoiets Daniel Termont in Gent ooit overkomen zal. Als Johan Vande Lanotte - met of zonder de slag onder de gordel van windmolen Jean-Marie De Decker - vandaag wakker geworden is als de gedoodverfde god van Oostende, dan zal Termont voor de mensen van Gent wel altijd Klein Pierke blijven. Tiens, in welke afdeling speelt Basketclub Gasbol Gent tegenwoordig trouwens?
Wat dat betreft zitten we in Ronse goed. Volgens de laatste berichten is Basketclub Ronse allang opgegaan in de rookpluimen van Kluisbergen.En Electrabel sluit er de centrale. Zodus: bij ons geen cash in de korven.
Wijlen kamerlid Rolin-Jacquemijns belde me ooit zelf op de redactie op om me – niet zonder de nodige dosis cynisme - te melden dat ik me vergist had. Dat hij nog wel een pak meer mandaten cumuleerde dan de 163 die ik gevonden had. Monsieur Rolin was baas van de Tiense Suikerfabrieken. Tussen zijn business door deed hij ook nog aan politiek. Zoals je in het weekend golf gaat spelen. De tweede op de ranglijst die ik toen voor Spectator maakte was Vandenboeynants. In zijn vrije tijd premier of minister van Defensie. VDB belde me zelf niet op. Hoefde niet. Hij had daar zijn mannetjes voor op de redactie zelf: met wie hij op de middag aan gymnastique deed. Pour la musculation. (Ik mocht al blij zijn dat ik van hen niet op mijn bakkes kreeg op de binnenkoer van de redactie aan de Koningsstraat).
Toen ik een paar jaren in de Wetstraat aan de slag was, werd ik geacht om me elke maand met nog een paar ‘bevriende persmensen’ op de bovenste verdieping van een building in de Wetstraat te begeven voor een besloten ‘vergadering’. In een salon aldaar zouden we er ‘geheel open en vrijblijvend’ van gedachten wisselen met de bedoeling ‘de informatie te stroomlijnen’ in de diverse media ‘van de beweging’. Het begon geheel vrijblijvend met een gebed in de naam van de vader, de zoon, en de heilige geest.
Aan tafel zaten behalve de grote baas van de Vakbond, de baas van de overkoepelende Beweging, de baas van het Ziekenfonds, de baas van de eigen Bank , een priester gods die proost genoemd werd en zelf nu en dan santé zei, een gecoöpteerd senator van de bevriende partij.
Er werden daar de meest exquise wijnen geserveerd: door dames in het zwart met wit schortje. De eerste keer wist ik niet waar ik het had. Ik dacht terug aan Heilige Communievieringen uit lang vervlogen jeugdjaren. Alleen de paternalistische schouderklopjes, de bel aan de luchters, de pourboires weggestopt in de schortjes ontbraken.
Na een tijd werd me duidelijk wat er precies van ons verwacht werd en vooral: wat niet. In Poupehan en elders elders hadden de heren met de gouverneur van de bank en de bonzen afgesproken hoe ze de gewone man zouden verheffen en het land zouden redden van de ondergang. Ze hadden niks dan goede bedoelingen wat van alle ‘anderen ‘ niet kon worden gezegd. Waarvan akte. Wie buiten de krijtlijnen durfde kleuren, was een kryptogauchist, een anarchist. Enfin, ze hadden er een stoet namen voor. Behalve die ene: journalist.
Business, politiek, sport, media, netwerken, vriendschappen. Het was en blijft een gevaarlijke mix. Politiek staat inderdaad niet buiten, en al helemaal niet boven de wereld. Politici dansen bijgevolg constant op de slappe koord tussen wat hoort en wat er over is. En het is nog niet omdat iets volgens de lettertjes en de interpretaties mag, dat het daarom wenselijk is in politiek. Politici die mandaten verzamelen stellen zichzelf daarom sowieso kwetsbaar op.
Eén voorbeeld. Wie bestuurder is van een sociale woningmaatschappij, weet via het recht van voorkoop, wat er beweegt op de immomarkt. Zo’n politicus doet er dan goed aan zichzelf ver van die immomarkt te houden. Doet hij dat wel, dan wekt hij op zijn minst het vermoeden van voorkennis en belangenvermenging. En ook al primeert in dit land gelukkig nog altijd het vermoeden van onschuld, de collaterale schade bij de perceptie kan voor ravage zorgen die veel groter is - de hele partij beschadigt - dan hetgeen waar het dan in wezen om gaat.
Zoals Johan Vande Lanotte met of zonder die punctuele opmerkingen over dat boek ‘De Keizer van Oostende’ nu ook weet. De schade is geschied. Ze is onomkeerbaar. Ook na het optreden van 'de Keizer' in Terzake. Niets zal er voor hem nog zijn als voor het boek en vooral na die onmiddellijke schorsing van de twee VRT-journalisten die het geschreven hebben.
Ik denk niet dat zoiets Daniel Termont in Gent ooit overkomen zal. Als Johan Vande Lanotte - met of zonder de slag onder de gordel van windmolen Jean-Marie De Decker - vandaag wakker geworden is als de gedoodverfde god van Oostende, dan zal Termont voor de mensen van Gent wel altijd Klein Pierke blijven. Tiens, in welke afdeling speelt Basketclub Gasbol Gent tegenwoordig trouwens?
Wat dat betreft zitten we in Ronse goed. Volgens de laatste berichten is Basketclub Ronse allang opgegaan in de rookpluimen van Kluisbergen.En Electrabel sluit er de centrale. Zodus: bij ons geen cash in de korven.
<< Home