TEGEN DE STERREN OP
In één zomer kantelt het wereldbeeld van de Vermaledijde Vaders. Hun opgefokte Koude Oorlog verwekt waves van liefde bij de vredelievende bloemenkinderen. De nieuwe helden heten Herbert Marcuse met zijn verwerping van de één-dimensionale mens, Herman Hesse en zijn Steppenwolf, Dr.Timothy Leary met zijn psychedelica. De dominante kleur is yellow. Het Ijzeren Gordijn blijkt vooral van Goud, voor het militair-industrieel complex. Doch Dylan en Donovan kondigen andere tijden aan. Met hun helderziende songs blazen ze de jaren van angst door de mondharmonica.
De nieuwe tijd komt nu in ijltempo op hem af. Nog wel in een dorpje dat niet eens zo lang geleden door de Nazi's en hun collaborerende burgemeester Leo Vindevogel aan zijn stad werd vastgekluisterd. Vluchten in de zekerheden van vroeger kan nu niet langer. Onder het stof van de kasseien vandaan dwarrelt de verbeelding in wolkjes van wierook en vredeskaarsen naar de nieuwe dageraad.
Amougies of all places. Frank Zappa is er de Walrus van het Woodstockje om de hoek. Pink Floyd, Ten Years After, The Nice, Soft Machine, Blossom Toes, Fat Matress, East of Eden, Alan Jack, Colosseum. Hij houdt de zware bandopnemer in aanslag. Hij komt vooral voor zijn lieverds: The Pretty Things. Het schrijven zit hem dan helaas al in het bloed. Een genetische afwijking.
Het kerkje van Amougies wordt overrompeld door de nieuwe nachtmerrie van de bange burgerman: het door de burgerpers zogeheten Langharig Werkschuw Tuig. Konijnenvellen, schapenvellen en ook wel zweverig gelul. De pastoor gaat het dovemansgesprek aan. Eén tegen allen. Moedig. Maar zo plotseling totaal uit de tijd.
‘Love & Peace’.
‘God is liefde.’
Botsing van verschillende planeten. Tederheid en passie. Rede en geloof. Parameters en paradigmata van weleer vervagen en doven uit, als de kaarsjes voor de madonna, in het kerkje van Amougies.
The wind of change
blows straight
into the face of time
like a stormwind
that will ring
the freedom bell
take me
to the magic of the moment
on a glory night
where the children of tomorrow
dream away
in the wind of change
Hij droomt weg naar de Golden Gate. If you go to San Francisco. Hij wil vooral wat verderop, naar San José. Daar waar het donkere Mescalero-meisje op hem wacht. Schrijft ze week na week: op zacht blauw Air Mail-papier dat hij thuis vol verlangen uit de brievenbus diept en vele malen herleest. Wat zal hij haar terugschrijven?
Let me sleep on it
baby, baby let me sleep on it
let me sleep on it
and I'll give you
an answer in the morning
(I remember every little thing
as if it happened only yesterday
parking by the lake
and there was not another car in sight
and I never had a girl
looking any better than you did
and all the kids at school
they were wishing they were me that night)
Hij stuurt haar al zijn platen. Ook die van Ferre Grignard? Ook die van de Ferre.
(Oh don’t cry me baby, just give me a smile).
Wat moet hij hier blijven hangen? In dit Dal Der Vergetelheid. Waar de Papa’s dood zijn. En de Mama’s altijd onderweg. The Mama’s & The Papa’s.
(Each night before you go to bed my baby
Whisper a little prayer for me my baby
And tell all the stars above
this is dedicated to the one I love)
In de drukte van de Amougies-weide verliest hij zijn maat van altijd, vindt hem een week later terug in ‘De Hel’ van ’t Patershol. Op hun vaste Gentse stek bij ‘Sjuule’. Met diep in de nacht het blitzbezoek van Gilbert De Pooier met zijn gehavend gezicht, zijn lederen Gestapojas, zijn twee bloeddorstige Dobermans. Tournée générale. De nieuwe wereld mag er dan al zitten aan te komen, in de gewelfde kelders aan de waterkant zijn de oude zeden taaier dan hij dacht.
Gaandeweg ziet hij zijn vrienden verdampen in de rook van hun landelijke communes rond Gent. Er wordt geschreven, geschilderd, geblowd, muziek gemaakt. Er is geen tijd om te talmen. Er dient hardnekkig geleefd te worden. De dood loert overal.
Can’t you feel the fears
I’m feelin’ today?
If the button is pushed,
there’s no runnin’ away
There’ll be no one to save,
with the world in a grave
Take a look around ya boy,
it's bound to scare ya boy
And you tell me
Over and over and over again,
my friend
Ah, you don’t believe
We’re on the eve
of destruction.
De Zwarte Prins komt niet langer aanbellen. Met zijn karbonkels van ogen, zijn lieve glimlach, zijn zachte verhalen, zijn pure poëzie. De schaduw palmt hem al helemaal in. Busje komt zo. Baron Samedi is coming to take him away. Overdosis in Brugge. Het is geen leven, na de dood.
Wat hem dan rest, na de roes van de sixties, is verlatingsangst gelardeerd door knagende eenzaamheid. En blijven schrijven, tegen de sterren op. Wat moet hij anders? The heart is a lonely hunter.
‘Tegen de Sterren op’.
Verzonnen Journaal in Spiegelschrift.
Copyright: Stef Vancaeneghem.
<< Home