DE BENIEUWDE RONSENAAR (134)
TUUPE VUIR RONSE
Nedia Gmati-Trabelsi, Erik Tack, Jan Foulon, Gunther Deriemaker, Joost Heysselinckx en Wouter Stockman: deze Ronsenaars dingen op 10 juni naar uw gunsten voor een stek in Kamer en Senaat. De ene met al meer troeven en kansen dan de andere.
Ronsenaars voor Ronse. Met elk hun - soms zeer verschillende - kijk op de maatschappij.
Ronsenaars met hun eigen persoonlijkheid, ambitie, achtergrond, partijprogramma, hun fans, hun kiezers, hun tegenstrevers.
De recente geschiedenis van de Ronsese problematiek is hier al eerder uitvoerig uit de doeken gedaan voor de gemeenteraadsverkiezingen. Hierna nog eens overzicht in vogelvlucht.
Vastgespijkerd aan de eigen grenzen
Bovenop de textielcrisis die vanaf de jaren zestig werkgelegenheid en koopkracht ondermijnde, werd Ronse in die vroege sixties opgezadeld met een rampzalig halfslachtig taalstatuut. De taalfaciliteiten hebben ervoor gezorgd dat Ronse tussen de twee stoelen van de Federalisering in bleef steken.
Ze hebben Ronse vastgespijkerd binnen de cocon van de eigen stadsgrenzen. Ze hebben belet dat Ronse in de jaren zeventig kon fusioneren met haar Vlaamse randgemeenten.
Ronse diende het van dan af als één van de weinige gemeenten in Vlaanderen op eigen kracht en zonder fusie zien te rooien terwijl bijvoorbeeld Oudenaarde kon doorgroeien naar 30.000 inwoners en Ronse naar de kroon stak als dè place to be.
Zij onze fabrieken, wij hun sukkelaars
Het isolement leidde er bovendien toe dat Ronse ontsluiting miste, de A8 naast zich heen zich zag schuiven en de N60 zag ophouden aan zijn stadsgrenzen.
Al deze elementen samen kelderden danig de koopkracht. Verkrotting en leegstand van burgershuizen en goedkope doorverkoop van de oude werkmanshuisjes maakten Ronse daar bovenop tot gewillige prooi van immobiliënfilières uit Brussel.
De vele voorzieningen en de sociale solidariteit van de van oudsher solidair geëngageerde werkmansstad Ronse zorgde hiernaast voor een instroom van Nederlandsonkundige gelukszoekers uit Wallonië.
Inmiddels haalden onze Waalse broeders aan de overkant van de taalgrens onze investeerders weg met aanlokkelijke eurosubsidies. Di Rupo en co onze fabrieken, wij hun sukkelaars die onze werkloosheidsrangen kwamen aandikken.
Gevolg: meer dan dubbele werkloosheidscijfers ten overstaan van de rest van de regio.
Achterdeur van Wallonië
Tot overmaat van ramp werd Ronse in de Vlaamse media met groot gemak en niet gehinderd door de recente cijfers die de kentering al tonen, zwaar gestigmatiseerd als een soort te mijden gat: de achterdeur van Wallonië om niet te zeggen een voorproefje van de Borinagetoestanden.
Natuurlijk zijn er in dit verhaal veel nuanceringen aan te brengen en zal de ene parameter zwaarder hebben doorgewogen dan de andere. Maar we komen hoe dan ook uit op ditzelfde plaatje:
Een oude glorie in verval die nu hard vecht voor herstel en haar rechtmatige stek opeist in het welvarende Vlaanderen.
Dat de jongerenwerkloosheid volgens de meest recente gegevens met zomaar 45 percent werd teruggedrongen, is wat dat betreft veelzeggend. Ronse vecht dus hard terug.
Alle Ronsenaars willen en hopen samen op dat herstel. Voor het eerst in de recente politieke geschiedenis domineert dat gezamenlijk verlangen en streven het hele debat.
Zet Ronse samen weer op de kaart
Tegenover deze achtergrond is de afgelopen zes jaar door zowel het stadsbestuur onder leiding van Luc Dupont als door de Ronsese administratie onder impuls van Linda Vandekerkhove al keihard gewerkt om het tij te keren.
Er werd een strategisch plan uitgetekend. Er werd en er wordt alles aan gedaan om de stad als woon-werk- en koopstad aantrekkelijker te maken. De resultaten ervan zijn al goed zichtbaar. Maar er zit nog zeer veel in de pijp, dat er nu dra zit aan te komen. De Renaixance is geen goedkope slogan, noch leuke woordspeling maar een feit.
Aan hetzelfde zeel
De Ronsese kandidaten voor Brussel hebben deze ene zware gemeenschappelijke opdracht: Ronse op alle positieve manieren weer op de agenda krijgen in Brussel.
De echte kwaal van Ronse heeft er totnogtoe altijd in bestaan dat de Ronsese parlementsleden nooit echt aan hetzelfde zeel hebben getrokken vanwege de taalkwestie of vanuit onderlinge naijver.
Ze hebben daardoor schoon spel gelaten aan politici die de politiek van elders voerden met de stemmen van de Ronsenaars. Dit moet en kan voortaan eindelijk anders.
‘De Benieuwde Ronsenaar’ twijfelt niet aan de oprechtheid, de betrokkenheid, de inzet, de bekwaamheid van de hogervernoemde kandidaten.
We roepen hen daarom op om - vanuit hun eigenheid en eigen democratische overtuiging – in wederzijds respect en vanuit sportieve fairplay samen voluit te gaan voor deze ene Renaixance-wens van àlle Ronsenaars en tegelijk het motto en de bestaansreden van ‘De Benieuwde Ronsenaar’:
TUUPE VUIR RONSE.
<< Home