RONSIES RARITEITENBOEK (15)
GEORGETTE PARAPLU.
Deed de markten met waterproofpruiken, sacochen van ‘Croco du Congo’ en plooibare paraplu’s van Knipp. Het was in de tijd toen het zware zondegevoel de deugd nog ferm aanvuurde en de markt van Ronse nog niet was geglobaliseerd tot filiaal van Islamabad.
Als marktkrameresse slaagde ze er in om met één van haar paraplu's Eddy Wally met al zijn sacochen voor altijd te verbannen naar nergens: meer bepaald naar de markt van Oudenaarde.
In een vorig leven had zij de Ronsese Betere Burgerij al veel nuttige diensten bewezen. Dit als sociaal werkster in een etablissement aan de Steenweg naar Bruxelles. Alwaar ze zowel staand als liggend werk verrichtte onder de schuilnaam ‘Riquita’. (‘Jolie Fleur de Java’).
Gaat de Ronsese legende in met twee aan haar toegeschreven uitspraken die de vakliteratuur zouden halen. Toen één van haar klanten tijdens een ietwat uit de hand gelopen wurgspel was komen te verscheiden en ze hierover door de Rijkswachtcommandant aan haar grote mondstuk werd gevoeld, las men in het proces-verbaal:
‘’k Poasdege daat hie an ’t komen waas. Moer hie waas an’t goen.’
Toen de Juge bij de aanvang van de ondervraging vroeg naar haar naam en voornaam antwoordde ze: ‘Roozeitsie nie begienen zieveren hein, mien doolekie. ’
‘RONSIES RARITEITENBOEK’.
(Handleiding voor Ronse).
Copyright Stef Vancaeneghem.
Illustratie: Michel Provost.
Deed de markten met waterproofpruiken, sacochen van ‘Croco du Congo’ en plooibare paraplu’s van Knipp. Het was in de tijd toen het zware zondegevoel de deugd nog ferm aanvuurde en de markt van Ronse nog niet was geglobaliseerd tot filiaal van Islamabad.
Als marktkrameresse slaagde ze er in om met één van haar paraplu's Eddy Wally met al zijn sacochen voor altijd te verbannen naar nergens: meer bepaald naar de markt van Oudenaarde.
In een vorig leven had zij de Ronsese Betere Burgerij al veel nuttige diensten bewezen. Dit als sociaal werkster in een etablissement aan de Steenweg naar Bruxelles. Alwaar ze zowel staand als liggend werk verrichtte onder de schuilnaam ‘Riquita’. (‘Jolie Fleur de Java’).
Gaat de Ronsese legende in met twee aan haar toegeschreven uitspraken die de vakliteratuur zouden halen. Toen één van haar klanten tijdens een ietwat uit de hand gelopen wurgspel was komen te verscheiden en ze hierover door de Rijkswachtcommandant aan haar grote mondstuk werd gevoeld, las men in het proces-verbaal:
‘’k Poasdege daat hie an ’t komen waas. Moer hie waas an’t goen.’
Toen de Juge bij de aanvang van de ondervraging vroeg naar haar naam en voornaam antwoordde ze: ‘Roozeitsie nie begienen zieveren hein, mien doolekie. ’
‘RONSIES RARITEITENBOEK’.
(Handleiding voor Ronse).
Copyright Stef Vancaeneghem.
Illustratie: Michel Provost.
<< Home