09 augustus 2008

DE NALATENSCHAP














Eerstdaags leest u op deze blog ‘De Nalatenschap', een nieuwe roman over de gebeurtenissen die zich halverwege vorige eeuw hebben afgespeeld in de straten van Ronse, ten stadhuize, in het verzet, in de verplichte Civiele Wacht. Leven en dood van Ronsenaars: ondergedoken en in het verweer in en om Ronse. Of wegkwijnend in de vernietigingskampen.

Ik baseer me voor deze historische roman op de getuigenissen die me de afgelopen kwarteeuw als auteur hebben bereikt en die ik uit eerste hand heb kunnen noteren. Verder op de literatuur en de diverse thesissen die er over deze gebeurtenissen in Ronse zijn verschenen.

Bovendien ben ik bijzonder schatplichtig aan Tzvetan Todorovs ‘Face à l’extrême’, aan Ryszard Kapuscinski’s ‘De ander’, aan Karl Poppers ‘Open samenleving en haar vijanden’, aan Primo Levi’s ‘Is dit een mens?’, aan Jerzy Kosinsky’s ‘Geverfde Vogel’ en Barbara Tuchman.('De waanzinnige veertiende eeuw).

Voor de invulling van de Ronsese feiten en gebeurtenissen heb ik dankbaar kunnen plukken uit het feitenmateriaal zoals me bezorgd door en zeer nauwkeurig vermeld in het sleutelwerk van Georges Vancoppenolle ‘MNB-BNB 1940-1945’, (beschikbaar in de bibliotheek Ronse). Ook uit de vele getuigenissen, het uitvoerige verweer in 'Het Proces Vindevogel' (Davidsfonds) en de inleiding hierop 'Leo Vindevogel, een biografie' van Geert Desmijtere. Tevens uit 'Twintig Ronsenaars in de hel van Neuengamme’, het aangrijpend getuigenis van wijlen Gaston Vandekerkhove.

Mijn heel bijzondere dank gaat hierbij naar ‘Renard’ (codenaam RN1) de historische leider van het Ronsese verzet. Meer bepaald voor zijn vriendelijke en kostbare medewerking en getuigenis namens zijn Ronsese mede-verzetschef ‘Renaud’ (RN 1b, wijlen Gilbert Scherpings) en namens al zijn companen van het verzet in en om Ronse. Last but not least dank ik mijn Ronsiese dialectcompaan Maurice Bouchez, de laatste overlevende van de kampen uit wiens ervaringen ik dankbaar pluk.

Tevens dank ik Philippe Trauwaert en Emmanuel Guisset voor nooit eerder gepubliceerde informatie en 'extreem' pakkende documentatie omtrent het lijden en de dood van Ronsese verzetsmensen in de nazi-vernietigingskampen.

Heel bijzonder dank ik ook Luc Vandevelde, secretaris van het Eenheidsfront, voor zijn kostbare informatie en de toestemming tot publicatie van de laatste brief van zijn vader Maurice vanuit het kamp van Buchenwald.

Ik draag ‘De Nalatenschap’ op aan Eric Zonneman, het negenjarige Ronsese jongentje dat in de Abeelstraat werd doodgeschoten door de laatste Duitse pantser: op 3 september dag van de bevrijding van Ronse. En aan alle Ronsenaars gesneuveld in hun weerstand tegen het reactionaire totalitaire denken en in de nazikampen.

‘De Nalatenschap’ noteert - zonder geheven vinger - verzet en verraad in tijden van totalitarisme en beschrijft de menselijke waardigheid en dapperheid versus verknechting en vernietiging.

‘De Nalatenschap’ gaat over de nagelaten erfenis van moed en opoffering. En over de nalatigheid ervan.