25 februari 2013

DAGBOEK VAN DEES

MIJN POLAR STAAT STIL
MIJN HART KLOPT NOG


Rik Vanwalleghem vindt dat de geloofwaardigheid van de koers niet is aangetast. Hij meldt ons dit vanuit de praatbarak van Michel Wuyts & José De Cauwer. Dit naar aanleiding van de opening van het nieuwe wielerseizoen. Rik Vanwalleghem is directeur van het zwaar verlieslatend Centrum voor de Ronde van Vlaanderen. En vuller van diverse koersb(r)oeken.

Rik verdient zowaar een standbeeld. Met alle gedroogde zegebloemen van Pantani, Vandenbroucke, Virenque, Landis, Rasmussen, Armstrong aan de voet ervan. Alleen al vanwege het volhouden van ongeloofwaardige geloofwaardigheden. Laat het ons ‘De Geloofwaardige’ noemen. Bijvoorbeeld ter vervanging van die ‘Penis van Oudenaarde’. En oh ja, Boule d'Or: de sigaret van de sportman toch? Tast de geloofwaardigheid van je longen helemaal niet aan.

Waarheid en fictie

In haar column (in De Standaard vandaag ) verwijst Tinneke Beeckman naar de Britse ethicus Bernard Williams in haar antwoord op de vraag wie het spektakel van de meningen, zoals we dat tegenwoordig in de media opgediend krijgen, nog echt waardeert.

‘Wie de waarheid overboord gooit om te scoren met het eigen gelijk, maakt geen onderscheid meer tussen een eerlijk debat en retorische kneepjes, tussen waarheid en fictie.’

Tinneke Beeckman is ook de auteur van ‘Door Spinoza’s lens’ ( bij Pelckmans-Klement). Een aanrader voor lezers die mogelijks via Irvin D.Yalom ( ‘Het Raadsel Spinoza’) geïntrigeerd geraakten door deze boeiende zeventiende-eeuwse filosoof.

Et alors? Et après.



Met ‘Bon Petit soldat’ schrijft Mazarine Pingeot, de dochter van François Mitterrand, een vervolg op ‘Bouche Cousue’ van acht jaar geleden. In dagboekvorm beschrijft ze wat ze tijdens al die verborgen jaren het meest heeft gemist: een eigen bestaansrecht. Toen Mitterrand gewezen werd op het bestaan van zijn buitenechtelijke dochter antwoordde hij met een vraag die het Belgisch koningshuis ook van nut zoude kunnen zijn: 'Et alors?' Vandaag gunt die dochter ons een blik in het 'Et après'.

Veroordeeld zoals ze was tot een leven in de schaduw van de presidentiële macht. Omringd door bodyguards aan de schoolpoort. Privéjets. Discrete bezoekjes aan het Elysée. De laatste reis met haar doodzieke papa naar Egypte. Apropos : de zwarte labrador Baltique was eigenlijk hààr hond. Vandaar allicht dat ook hij zo vaak verloren leek te lopen tussen het protocol.

Hoe deze schrandere filosofe (plus Ecole Normale Sup) willens nillens wordt meegesleurd als ‘de erfgename’ van datgene waar haar vader zoal voor stond. Vlijmscherp borstelt ze daarbij de gevaarlijke schemerzone tussen populisme en nationalisme.

‘Wat weten de jongeren die voor Marine Le Pen hebben gestemd? Wat hebben ze gelezen? Wat werd hen geleerd? Waarmee associëren ze het Front National? Waaraan doet het nationalisme hen denken? Zijn ze dan niet naar school geweest? Bestaat de school voor iedereen niet meer? Hand in hand lopen ze daar: Sarkozy en Marine Le Pen. Door eerst de geschiedenis toe te dekken, maken ze het mogelijk dat de oude demonen weer kunnen worden opgegraven. Hand in hand zwengelen ze de angst aan, zoeken ze zondebokken. Van sentiment maken ze hun politiek. Van viriele romantiek een ideaal. (‘Bon Petit Soldat’. Julliard).

MIJN POLAR STAAT STIL
MIJN HART KLOPT NOG
.

Dagboek van Dees.