21 januari 2010

OVER LEVEN IN RONSE


De benoeming van André Léonard is een grote kans niet enkel voor deze kerk, maar voor de samenleving’, zo schrijft me Michel T’joen in een lange en mooie brief waaruit ik hier graag enkele markante passages licht. De Deken van Sint-Hermes is al jaren bevriend met ‘André-Joseph’ zoals hij sinds deze week zichzelf noemt. Deken T’joen zat als seminarist in het Leuvense Leo XIII-seminarie. Léonard was er zijn begeleider voor zijn thesis in de Mariologie. Hij oriënteerde hem ook in zijn doctorale theologiestudies naar de Zwitserse theoloog Hans Urs von Balthasar. T’joen vertaalde onlangs nog publicaties van de nieuwe aartsbisschop.

Léonard kent Ronse dan ook heel goed. Hij kwam hier al eerder, voor vieringen van Wittentak en Sint-Hermes. Hij wordt opnieuw in Ronse verwacht. Twee keer zelfs. Op 3 juli voor de Noveen van Wittentak en ook nog eens op 29 augustus voor de jubelfeesten rond 1150 jaar Sint-Hermes in Ronse.

Schrijft me Deken Michel T’joen: ‘De kerk is maatschappelijk in de marge gedrongen. Deels omdat ze haar principiële bijdrage niet weet te profileren, deels omdat de algemene overtuiging doorweegt dat niet de spiritualiteit, maar de economie richtinggevend is. Als organisatie nadert de kerk het failliet. Kloosters worden gesloten en erediensten trekken weinigen aan. Gelovigen en voorgangers vergrijzen en dunnen verder uit. Jongeren kunnen, begrijpelijk, geen onduidelijk en onzeker engagement aangaan. De fundamentele vraag waarin de eigenheid en meerwaarde bestaat van het christen-zijn wordt nauwelijks gesteld, laat staan beantwoord. Voor het geruisloos onbekend gewordene kan interesse noch engagement opgebracht worden.’

Over de omstreden pauselijke keuze voor Léonard schrijft me deken T’Joen : ‘Wie monseigneur Léonard goed kent en waardeert, mag zich er niet toe laten verleiden in te treden in de draaikolk van tijdelijke sloganmatige oprispingen. Terecht zou hiertegen kunnen gewezen worden op zijn uitzonderlijke intelligentie en communicatiekracht, op het feit dat hij eerder gehoord moet worden vanuit zijn vele fundamentele en vulgariserende publicaties, op het feit dat hij hoge idealen aanhoudt, maar uiterst empathisch is voor de concrete mens, op het feit dat hij jongeren weet aan te spreken en te motiveren. Daarover echter gaat het helemaal niet. Niet de persoon en zijn afwijzing of verdediging zijn in het geding, wel de rol, de functie die hij vermag op te nemen en in te vullen.’

Deken T’Joen wil ook kwijt wélke rol dat dan is. ‘Belangrijk en dringend is dat kerkelijk en maatschappelijk een fundamenteel debat gevoerd wordt over de heroriëntering van onze wankelende welvaartsmaatschappij. Dit gronddebat vereist degelijke en duidelijke gesprekspartners met geprofileerde inhoudelijke standpunten. Van kerkelijke zijde is iemand gevonden die die functie eminent kan waarmaken. Complexloos, ondubbelzinnig, enthousiasmerend zal hij de christelijke eigenheid onder de aandacht brengen. Hij komt ongelegen en hinderlijk. Hij spreekt een ander, vaak tegendraads woord. Hij wordt bewonderd en verguisd. Maar zijn stem is noodzakelijk om nieuwe wegen te gaan.’
















Warme gezelligheid in het Vrijzinnig Huis voor de eerste Trofee van het Humanistisch Verbond Ronse. Notoire vrijzinnigen halen er herinneringen boven met oud scoutsleiders die via hun belofte beloofd hebben Jezus altijd te erkennen als Opperhoofd. De Trofee gaat naar Mieke en Steven Opsomer die zich al jarenlang inzetten voor Artsen zonder Grenzen . Mieke als paramedicus, Steven in een administratieve functie. Zij oordelen niet, noch over het leven en de mensen hier, noch over het leven en de mensen ginds. Geen wereldvreemde idealisten maar pragmatici die met een open blik en veel daadkracht doen wat zij kunnen om iets te verbeteren in de wereld. Als Trofee krijgen ze een schilderij van kunstenaar Michael Samuel Lucifer Vandorpe mee naar huis. Mooi.

Met zijn allen Tuupe bijeen in de wetenschap dat het leven te kort is om te verdwalen in de doodlopende straatjes van het Grote Gelijk. Eén aardschok en het licht gaat uit boven alle hoofden. Ien Roonse ees daat iet.