30 oktober 2011

BRIEFGEHEIMEN

Beste Ignace ,

Na het droppen van meer dan 400 Belgische bommen op Libisch grondgebied ben ik blij dat de oorlog aldaar erop zit en het land bevrijd is van een dictator die nog niet zolang geleden in Brussel met zijn woestijntent, zijn Bond-bimbo's van bodyguards en met alle Belgische honneurs onthaald werd als bevriend staatshoofd. Al vraag ik me met een paar miljoen andere Europese medeburgers af of het de bedoeling was dat het nieuwe regime stoelen zou op de Sharia. Maar bon, daarover gaat het hier nu niet.

Afgelopen week ben je als secretaris van Minister Pieter De Crem na ommetjes langs Malta en Athene naar de Griekse Navobasis van Araxos gevlogen om er de terugkeer van ‘onze jongens in hun F16’ naar het vaderland toe te wuiven. Bedoeld vaderland is België, niet Griekenland. Begrijpe wie kan. Maar bon mogelijks werkte de GPS even niet. Goed, het hoort allemaal bij je job. Meegaan met je baas ‘op buitenlandse missie’. Of hem volgen voor een tournée générale in de 'Local Unique' op de markt van Ronse.

Voor dat uitwuifgedoe in het Griekse Araxos stapten bovendien in Melsbroek apart aan boord van een Embraer van Defensie: een vijftigtal Belgische verslaggevers plus die brave Edwin Ysebaert van het voormalig 'Eenzame Hartenbureau' ofzo. Kwestie van de eenzame harten onderweg te soulazeren allicht, met een schouderklopken hier, een bemoedigend woordje daar. Goed, we zijn als betalers van al die pret wel meer gewoon. Een delegatie van 400 man met Prins Filip naar China. Prinses Mathilde die voortijdig terugkeert voor het verjaardagsvieruurtje van haar toekomstige kroonprinses (‘ 't is een echt vrouwtje’). Koning Albert die heen en weer pendelt tussen Laken en de olijvenmarkt van Châteauneuf-Sur-Grasse. In den espace mag er dan wel geen ruimte zijn voor protocol, zoals prins Filip het ooit opmerkte in zijn legendarisch astraal gesprek met astronaut Dirk Frimout: in het luchtruim blijkt er voorlopig nog wel marge voor een hele peute gratis meevliegers.

Wat me ontgaat, is de reden waarom je het nodig vond hiervoor ook nog twee Ronsese perscorrespondenten naar Araxos te laten overvliegen. Rudi Vranckx ken ik als beëdigd oorlogsverslaggever. Jan Balliauw en Peter Verlinden ook. Dat ons geliefd Ronse in zijn lokaal perscorrespondenten-bestand maar liefst twee oorlogsverslaggevers telde, dat was me echt al die tijd ontgaan… En ik zeg er meteen bij om nutteloze commotie voor te zijn: het doet er me helemaal niet toe wie ze zijn. Het punt is hier namelijk niet dat ze een keer gratis - op onze kosten - meevliegen (hoe zou je zelf zijn), het punt is waarom jij ze meevraagt. Voor de media-marketing van de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie? Ter verkondiging te Ronse van de bevrijding van Libië? Voor het goed gevoel bij de Ronsiese belastingbetaler dat zijn opcentiemen en zijn Diftar-belasting goed besteed worden? Ter geruststelling van alle Ronsenaars tuupe? Ten persoonlijken titel? Op onze kosten? Ja goe were, in Griekenland. Omdat ik vrees dat je me het antwoord op bovenstaande vragen schuldig blijven moet, rest me dan alleen nog deze ene ultieme pijnlijke vraag: toch niet voor je eigen mediatieke en politieke agenda als Ronsiese gekozene?

Kom me nu vooral niet vertellen dat de druiven te groen zijn en ik mijn achtbare lokale collega’s pennenridders geen pretreisje gunnen zoude. Wel integendeel, wel integendeel. Daarvoor hou ik zelf teveel van het getergde Griekenland, bakermat onzer bedreigde beschaving. Trouwens pretreisje… ’t Is maar hoe je dat bekijkt. Vertrek om zes in de ochtend en kere weerom tegen halfvijf. Een poretreisje misschien, maar een pretreisje is toch anders. Wat ik me bij dit alles dus echt afvraag, is wat de return kan zijn voor ’t nut van ’t algemeen en voor de Ronsenaars tuupe in het bijzonder. Als je het mij vraagt: Nietsmedaale. En 'n schiet moa noa nie duud, mei aal oa luud.

(Aan Ignace Michaux. Secretaris van Minister van Defensie De Crem. Gemeenteraadslid van Ronse. Voormalig Bommelskoning Ignace I. Cavalier Seul & Chevalier du Ciel van de Ronsiese CD&V.)